Volgens lokale bronnen zouden deze week tijdens een aanval in de vroege ochtenduren auto’s in brand zijn gestoken en leuzen zijn gespoten op muren van het dorp. Ook werden bewoners opgeschrikt door personen te paard en te voet, sommigen gemaskerd, die zich door het dorp zouden hebben verplaatst. Eén van de bewoners meldde dat zijn auto in vlammen opging en dat er voorwerpen naar zijn woning werden gegooid terwijl zijn gezin nog binnen was.

Christelijke kerkleiders spreken in een gezamenlijke verklaring van een patroon van intimidatie, waarmee de veiligheid en religieuze vrijheid van christelijke gemeenschappen onder druk zouden komen te staan. Zij roepen op tot bescherming van de bevolking en de heilige plaatsen in het land waar het christendom zijn oorsprong vindt.

Tegelijkertijd zijn de precieze toedracht en verantwoordelijkheden lastig vast te stellen. De Israëlische autoriteiten bevestigen onlangs dat er twee voertuigen zijn uitgebrand en dat er graffiti is aangetroffen, maar spreken (vooralsnog) niet van religieus gemotiveerde haatmisdrijven. Een onderzoek naar mogelijke brandstichting is gestart.

Met name het terrein rond een Byzantijnse kerk, daterend uit de vijfde eeuw, was onderwerp van discussie. Waar sommige verklaringen spraken van een aanslag op het kerkgebouw, benadrukt de politie dat de brand zich beperkte tot een open veld naast het kerkcomplex. Ook onafhankelijke media meldden dat er geen schade aan het gebouw zelf is vastgesteld. Videobeelden lijken bovendien te laten zien dat sommige Israëlische jongeren hebben geholpen bij het blussen van het vuur.

De situatie op de Westelijke Jordaanoever blijft gespannen. In meerdere Palestijnse dorpen worden al geruime tijd spanningen gemeld tussen Israëlische kolonisten en lokale gemeenschappen. De incidenten in Taybeh zijn onderdeel van een bredere context waarin feitelijke informatie moeilijk te verifiëren is en beelden op sociale media niet altijd een volledig beeld geven.