Ik heb nooit gedurfd om over profetie te preken (maar nu doe ik het toch)
Samen met dr. Hans Burger geef ik, Paulien Vervoorn, in het voorjaar van 2022 de training Geloofwaardig preken over gaven van de Geest. Hoe doet Hans dit zelf? Nooit eerder durfde hij te preken over profetie. Recent deed hij dit voor het eerst. Naar aanleiding van Handelingen 21: 1 tot en met 14 riep hij zijn hoorders op ontvankelijk te zijn voor wat de Geest je ingeeft.
Hieronder lees je zijn preek die hij in Kampen en ’t Harde hield:
Ik moet jullie iets bekennen. Ik heb het nooit gedurfd om over een onderwerp zoals dit te preken. Profetie, een van de zogenaamd bijzondere gaven van de Geest. Maar angst is een slechte raadgever. Dus vandaag een preek over profetie.
Het is wel een spannende vraag: wat is profetie vandaag? Ik beloof niet dat ik in deze preek op die vraag een bevredigend antwoord ga geven. We hebben net al gezien wat het bij jullie oproept via de vraag in Mentimeter.
Risico’s bij profetie
Misschien moet jij bij profetie wel denken aan Amerikaanse profeten die de overwinning van Donald Trump voorspelden bij de laatste Amerikaanse presidentsverkiezingen, bijvoorbeeld Paula White – misschien herinner je die naam nog. Laten zulke voorbeelden niet zien hoe voorzichtig je moet zijn met profeten? Laat de geschiedenis niet zien dat het altijd misgaat, als er mensen ruimte geven aan de gave van profetie?
En inderdaad, er zijn voorbeelden van te geven, dat het misgegaan is. Mensen die in de naam van God rare dingen zeiden. Ze kwamen met een profetie in de naam van de HEER, maar zogenaamde profetie heeft juist dingen kapotgemaakt.
Ik denk dat er ook een ander risico is, namelijk dat je het werk van de Geest overzichtelijk en beheersbaar maakt. Dat je je vooral richt op het geloof in Jezus dat de Heilige Geest geeft en je helpt om de Bijbel te begrijpen.
Ik herken dat: mijn kritisch denken, mijn schema’s, mijn verlangens naar een overzichtelijke kerk bepalen dan wat de Geest mag doen. Vanuit angst voor teleurstelling, voor ontsporing, voor wat ik losmaak.
In welke van de twee risico’s herken jij jezelf?
- profetie die losgeslagen is, los van de Bijbel?
- profetie die er niet meer is, omdat het niet past in wat wij overzien en kunnen beheersen, omdat je ervoor terugschrikt?
Ik denk dat voor onze gemeente het tweede vooral een risico is.
Paulus zegt in 1 Tess 5,19-20: Doof de Geest niet uit en veracht de profetieën niet die hij u ingeeft.
Ik denk dat we hier iets opnieuw te ontdekken hebben. Ik denk dat we uit angst voor alle ontsporingen met het badwater het kind hebben weggegooid. En uit angst te voorzichtig zijn geworden. Maar angst is een slechte raadgever. Laten we daarom kijken hoe profetie functioneert in Handelingen 21.
Moet Paulus nu wel of niet naar Jeruzalem gaan van de Heilige Geest?
Paulus is op reis naar Jeruzalem, vertelt Lucas. Onderweg komt hij langs allemaal plekken waar hij heeft gewerkt, gemeenten heeft gesticht, mensen heeft gedoopt. Dan komen ze in Syrië, in Tyrus. Tegenwoordig zouden we zeggen: ze zijn in Libanon. In Tyrus logeren ze bij leerlingen, bij de christenen daar.
En dan staat er in vers 4:
‘Geïnspireerd door de Geest zeiden ze tegen Paulus dat hij niet moest doorreizen naar Jeruzalem.’
Ze zeggen tegen Paulus: ga niet naar Jeruzalem! Dat heeft de Heilige Geest ons duidelijk gemaakt.
Maar Paulus gaat verder. Hij doet niet wat ze zeggen.
Waarom luistert Paulus niet?
Ze reizen verder, naar Caesarea.
Daar komt de profeet Agabus naar hen toe.
Hij pakt Paulus’ gordel en bindt daarmee zijn eigen handen en voeten vast. Dan zegt hij: ‘Dit zegt de Heilige Geest: “Zo zal de man van wie deze gordel is, worden vastgebonden door de Joden in Jeruzalem, die hem aan de heidenen zullen uitleveren.”’
Weer is de reactie: Paulus, ga niet naar Jeruzalem! Dat zegt Lukas, dat zeggen de andere reisgenoten van Paulus, dat zeggen de gelovigen in Caesarea.
En weer doet Paulus niet wat ze zeggen.
Hij wil toch naar Jeruzalem en laat zich niet overtuigen.
Waarom doet Paulus dit?
Eerder had Paulus al gezegd, kijk maar in Handelingen 20,22-23:
Nu ben ik op weg naar Jeruzalem, gedreven door de Geest, zonder te weten wat me daar te wachten staat, behalve dan dat de Heilige Geest me in iedere stad verzekert dat gevangenschap en vervolging mijn deel zullen zijn.
De Heilige Geest wilde dat Paulus naar Jeruzalem zou gaan en daar gevangengenomen zou worden.
Hoe kan er dan in 21 vers 4 staan: ‘Geïnspireerd door de Geest zeiden ze tegen Paulus dat hij niet moest doorreizen naar Jeruzalem’?’
En hoe kan het dat iedereen uit de profetie van Agabus de conclusie trekt: Paulus, ga niet naar Jeruzalem?!
Ik vind het mooi om te zien – zo werkt het kennelijk na Pinksteren:
De Geest kan mensen dingen duidelijk maken. ‘Dit is nu voor jou belangrijk. Dit moet je weten.’
Maar de Geest van God en onze eigen geest zijn allebei actief. De Geest van de profetie werkt in onze geest. In dat totaalproces heb je dus met beide te maken: wat de Geest van God zegt, en wat wij ermee doen. Hoe goed we luisteren, wat we horen, hoe we het begrijpen, hoe we het interpreteren, welke conclusies wij trekken.
Twee manieren om te reageren op tegengestelde conclusies
Probeer je voor te stellen hoe het voor Paulus was. Hijzelf aan de ene kant, zijn vrienden en reisgenoten aan de andere kant. Allebei beroepen ze zich op de Heilige Geest. Ze komen tot tegengestelde conclusies. ‘Ik heb van de Heilige Geest begrepen dat je niet naar Jeruzalem moet gaan!’ ‘En ik heb van de Heilige Geest begrepen dat ik wel naar Jeruzalem moet gaan!’
Ik denk dat wij in zulke situaties vaak op twee manieren reageren:
1. Een beroep op de Heilige Geest voelt als absoluut.
Je mag dit niet ter discussie stellen en dus stopt het gesprek.
Dat klopt dus niet. Je kunt iets van de Heilige Geest begrepen hebben en toch de verkeerde conclusie trekken. En je kunt in gesprek blijven: wat heb jij dan van de Geest begrepen? Interpreteer je dat wel goed of ga je ermee op de loop?
2. Laten we ons maar niet met de Heilige Geest bezighouden.
Je kunt er niet zoveel mee. Profetie, roeping, leiding van God… het is zo ingewikkeld. Geen idee wat ik er mee moet.
Welke van de twee reacties herken jij?
Ik ben bang dat dat laatste in onze traditie met profetie gebeurd is. ‘Wie zich met profetie bezighoudt, die ontspoort. Kijk naar Paula White en andere Amerikaanse pinksterprofeten. Het is gevaarlijk.’ Maar dan gooi je met het badwater het kind weg.
We zijn iets kwijtgeraakt
Paulus zegt in 1 Tess. 5,19-20: Doof de Geest niet uit en veracht de profetieën niet die hij u ingeeft.
En in 1 Korintiërs 14,1: Jaag de liefde na en streef naar de gaven van de Geest, vooral naar die van de profetie.
Ik denk dat wij in onze traditie echt iets zijn kwijtgeraakt. En dat er dus iets is om opnieuw te ontdekken. Ik merk dat ik het spannend vind om dat hardop te zeggen. Wat maak ik los?
De Geest blijft spreken
Maar ik ben ervan overtuigd dat nu de Bijbel voltooid is, God gesproken heeft door de profeten van het Oude Testament en de apostelen van het Nieuwe Testament, de Geest blijft spreken. Gebonden aan de Bijbel. Als Gods nu-woord. Als de concretisering van de Bijbelse boodschap voor vandaag. Als de concretisering van wat God wil in iemands persoonlijk leven. Als woord van de Geest dat opbouwend, troostend en bemoedigend is, zoals Paulus zegt in 1 Korintiërs 14,4. Gods nu-woord – ik vind dat een mooie typering van wat profetie vandaag is.
Een voorbeeld
Een voorbeeld wat ik pas hoorde. Een vrouw zag een beeld van een groot balkon met een ijzeren balustrade. Daarop een Afrikaanse vrouw die zachtjes riep ‘Eindhoven, Eindhoven’. Een half jaar laten stond ze samen met haar man op vliegveld Eindhoven op een groot balkon met een ijzeren balustrade. Voor hen was het vliegtuig geland met aan boord het lichaam van hun dochter, die op een militaire missie was omgekomen. Dat beeld betekende voor hen zoveel – het liet hen zien dat God in deze verschrikkelijke tijd bij hen was.
Ontvankelijk worden
God belooft ons zijn Geest om bij ons te zijn, ons te leiden, tot ons te spreken. Ik zou jullie daarom willen uitnodigen en uitdagen om het te gaan ontdekken. En dan niet direct een Agabus te willen zijn die zegt: ‘Dit zegt de Heilige Geest’. Mensen die nadenken over profetie zijn ook vaak voorzichtig. Zeg niet direct ‘zo zegt de HEER’, maar liever ‘ik geloof dat de Heer tegen me zegt…’
Laten we ons eerst maar eens richten op wat er in vers 4 gebeurde, bij die leerlingen. En proberen te herontdekken wat zij meemaakten. Ook al trokken ze verkeerde conclusies, zij hadden iets van de Geest begrepen en ze deelden dat met Paulus.
Luisteren naar de Geest kun je oefenen
Ik heb zelf twee keer meegedaan aan oefeningen in luisterend bidden. In kleine groepjes samen stil worden om te wachten of de Geest je iets duidelijk maakt over een van de groepsleden. De eerste keer dat ik dat deed, gebeurde er niets. Ik zat naar mezelf te kijken, kritisch te zijn, en ik zat mezelf in de weg.
De tweede keer, een paar jaar later, kwam er een zinnetje in mijn hoofd, voor mijn beide medegroepsleden. En die zinnetjes waren van betekenis. Ze sloten aan bij wat een ander groepslid in gedachten kreeg, in het eerste geval. Ze sloten aan bij wat die beide anderen nu nodig hadden, en vormden voor hen een grote bemoediging.
Kijk in Handelingen 21 wat je daar ziet.
Je kunt je oefenen in ontvankelijkheid voor de Geest.
Ik denk dat Paulus er beter in was dan de leerlingen uit vers 4. Maar het kan dus: ontvankelijk zijn voor wat de Geest je ingeeft. Dat je het gevoel hebt ‘ik moet nu iemand opzoeken’, zoals ik als ouderling ooit had. En dan niet denkt ‘ach nee, nu niet’ zoals ik geneigd ben te doen, maar gaan. En merken ‘ik moest hier nu zijn’.
Je kunt je oefenen in onderscheidingsvermogen.
Wat is van de Geest en wat is van mijzelf? Paulus en zijn vrienden doen dat in Handelingen 21. Proberen te onderscheiden wat van de Geest is en wat hun eigen interpretatie is.
Samen oefenen
Je scherpen aan elkaar – een beroep op de Geest is geen eind van het gesprek, maar kan een begin zijn: ‘Jij meent dit van de Geest gehoord te hebben, ik iets anders. Wat is het nu?’ Samen in gesprek en samen zoeken, tot je ergens uitkomt. Zo gaat het ook in Handelingen 21.
Daarin speelt voor ons de Bijbel een hele belangrijke rol. In het Nieuwe Testament moet de profetie getoetst worden aan de Bijbel. God heeft zijn heilsgeheim geopenbaard in Jezus Christus. Daarom is de Bijbel compleet. Het gaat vaak mis doordat zogenaamde profeten boven de Bijbel uit gaan, of er zelfs tegenin. Maar Jezus Christus blijft dezelfde. De vraag is dan wel: wat betekent Hij voor jou en mij, hier en vandaag?
En tenslotte: woorden van de Geest helpen om Christus te volgen, te weten wie Hij voor ons is, meer op Hem te gaan lijken en aan Hem gehoorzaam te zijn. Kijk naar Paulus in Handelingen 21: het gaat hem om de naam van de Heer Jezus. Hij wil aan Hem gelijk worden, net als hij in Jeruzalem gevangengenomen worden en desnoods sterven in Jeruzalem net als zijn Heer.
Ga samen op ontdekkingstocht. En laten we dan maar ontdekken wat de Geest van Jezus Christus ons vandaag wil geven.
Deze blog was eerder te lezen op de website Geloofwaardig spreken van Paulien Vervoorn en verschijnt in aanloop naar de training Geloofwaardig preken over gaven van de Geest die zij samen met dr. Hans Burger en dr. Kees van Dusseldorp geeft.
Foto: TU Kampen
Praatmee