Ouders die kinderen van school houden vanwege geloof worden niet langer vervolgd

Ouders die besluiten om hun kind niet in te schrijven op een school vanwege hun geloofsovertuiging, kunnen in Nederland niet langer vervolgd worden. Dat besluit heeft het Openbaar Ministerie (OM) genomen in overleg met het ministerie van Onderwijs. In 2024 waren hiervoor nog 160 rechtszaken.
Het is in Nederland toegestaan om vrijstelling van de leerplicht aan te vragen vanwege geloofsovertuiging of levensopvatting. Ouders dienen dan aan te tonen dat er in hun directe omgeving geen scholen te vinden zijn die bij hun geloofsovertuiging of levensopvatting passen. In dat geval kunnen ze vrijstelling krijgen. In 2024 werden op deze manier 2100 kinderen en jongeren vrijgesteld van leerplicht.
Een aanvraag wordt echter niet altijd positief beoordeeld. Wanneer ouders er ondanks een afwijzing toch voor kiezen hun kind niet in te schrijven op een school, volgt een strafzaak. In 2024 vonden 160 van dergelijke strafzaken plaats.
Maar dat is nu voorlopig voorbij. Volgens het OM is de wetgeving niet duidelijk genoeg en zijn de regels om de aanvraag voor een vrijstelling te beoordelen te ingewikkeld. Bovendien stelt het OM dat rechters in het verleden niet consequent uitspraak deden bij dergelijke zaken. Daarom heeft men besloten om ouders niet meer te vervolgen als ze ervoor kiezen hun kind niet in te schrijven bij een school en zich daarbij beroepen op geloofsovertuiging of levensopvatting.
Verder noemt het OM als reden dat door de rechter opgelegde sancties in het verleden er meestal niet toe geleid hebben dat kinderen alsnog naar school gaat.
Praatmee