De pelgrims, afkomstig uit een tribale gemeenschap, reisden per bus naar Jabalpur ter gelegenheid van de vastentijd. Activisten van de Vishwa Hindu Parishad (VHP) en Bajrang Dal beschuldigden hen ervan dat ze zich in het geheim lieten bekeren tot het christendom. De pelgrims verklaarden echter christen te zijn van geboorte en deel te nemen aan een religieuze reis waarvoor zij zelf betaald hadden.

De situatie escaleerde toen geestelijken van het rooms-katholieke bisdom Jabalpur – onder wie de Vicaris-generaal en de pastoor van de St. Petrus en Pauluskathedraal – het politiebureau bezochten om de pelgrims bij te staan. Volgens meerdere bronnen werden zij daar fysiek aangevallen, in het bijzijn van politieagenten.

De Evangelical Fellowship of India (EFI) reageerde met zorg op het incident. 'De aanval op hoge geestelijken binnen een politiebureau is diep verontrustend', aldus ds. Vijayesh Lal, algemeen secretaris van de EFI, in een officiële verklaring. 'Wij maken ons zorgen dat dit soort incidenten de grondwettelijke bescherming die alle burgers toekomt ondermijnt, en roepen op tot een eerlijke en grondige onderzoeksprocedure.'

De politie van Jabalpur gaf aan geen bewijs te hebben gevonden voor illegale bekeringen. In reactie op het geweld organiseerden verschillende christelijke organisaties in Jabalpur een protest. Als gevolg daarvan is er alsnog een klacht ingediend tegen de daders.

Het incident kreeg ook politieke aandacht. In het Indiase parlement protesteerde de oppositie tegen het geweld door een walk-out te organiseren, nadat de voorzitter van het Lagerhuis geen debat toestond over de mishandeling van de katholieke geestelijken.