Indonesische autoriteiten blokkeren kerkbouw ondanks wettelijke goedkeuring

In de Indonesische stad Samarinda, gelegen in de provincie Oost-Kalimantan, wordt de bouw van een christelijke kerk al tien jaar tegengehouden. De Toraja Christelijke Kerk heeft inmiddels aan alle wettelijke eisen voldaan, maar krijgt desondanks geen toestemming van de plaatselijke autoriteiten. Christelijke organisaties spreken van een flagrante schending van godsdienstvrijheid, zo schrijft Morning Star News.
De lokale afdeling van het Ministerie van Religieuze Zaken weigert een aanbevelingsbrief af te geven, een cruciale stap in het verkrijgen van een bouwvergunning voor gebedshuizen. Dit terwijl de kerk al jaren bezig is met het zorgvuldig naleven van de regels: het overleggen van identiteitsgegevens van 90 gemeenteleden, het verkrijgen van steun van omwonenden én een officiële aanbeveling van het lokale interreligieuze samenwerkingsforum (FKUB).
"Hoe kunnen mensen God aanbidden als we het hen zo moeilijk maken?" schrijft een Indonesische burgerbeweging op haar website. "Dit is geen fout, dit is lafheid. Deze ongerechtigheid mag niet worden getolereerd."
Hendra Kusuma, voorzitter van de Alliantie voor Vrijheid van Religie en Geloof uit Oost-Kalimantan, hekelt de houding van de overheid. "Ze zijn banger voor een handjevol intolerante mensen dan voor het handhaven van de grondwet", zei hij tegenover het lokale medium kaltimtoday.com. Volgens hem schuiven ambtenaren de verantwoordelijkheid af uit angst voor conflicten, zeker nu tijdens de islamitische vastenmaand Ramadan.
Een ambtenaar van het Ministerie van Religieuze Zaken bevestigt die angst: "We willen geen problemen veroorzaken, vooral niet tijdens Ramadan", aldus Rahmi tegenover kaltimviva.co.id. "Maar dat betekent niet dat we de vergunning definitief weigeren."
Ondanks de officiële aanbevelingsbrief van de FKUB, verplicht het ministerie binnen dertig dagen zelf een aanbeveling te geven. Die termijn is inmiddels verstreken zonder actie.
De frustratie groeit ook onder de gemeenteleden. "We willen alleen maar een kerk bouwen om te kunnen bidden", zegt Elizabeth, een lid van de gemeente, tegen viva.co.id. "We hebben allemaal het recht om te geloven en te aanbidden volgens onze religie. Die rechten zijn wettelijk vastgelegd."
Ook juridisch is de zaak helder, stelt advocaat Peter Selestinus uit Jakarta. "De staat garandeert vrijheid van godsdienst volgens artikel 29 van de Grondwet. Door de bouw tegen te houden, schendt de overheid deze grondrechten." Hij noemt het “onaanvaardbaar” dat de gemeente Samarinda zich niet aan de wet houdt en christenen discrimineert.
Pogingen van lokale overheden om de kerk naar een andere locatie te verplaatsen, worden resoluut afgewezen. "De grond is eigendom van de Toraja Kerk", benadrukt Hendra. "We zullen niet verhuizen."
De situatie in Samarinda staat niet op zichzelf. Volgens de internationale organisatie Open Doors worden kerken in Indonesië steeds vaker geconfronteerd met tegenwerking en bedreigingen, zeker wanneer zij zich richten op evangelisatie. Het laat volgens hen zien hoe de religieuze tolerantie in het grootste moslimland ter wereld onder druk staat.
Voor christenen in Indonesië is deze zaak een pijnlijk voorbeeld van hoe godsdienstvrijheid in de praktijk niet altijd gewaarborgd is. “Dit is geen lokaal probleem, dit is een nationale kwestie van rechtvaardigheid en vrijheid van geloof,” aldus Selestinus.
Praatmee