De hele helse legermacht gaat los op de Goddelijke mensenzoon
Traditiegetrouw gedenken we dezer dagen een titanenstrijd. Op dat cruciale moment werden helse legioenen rond Vredesstad gelegerd. Een machtige formatie van dikke duisternis. Welke vijand wil die kille supermacht dan toch doen sneven? Een hemels leger van engelen, voorzien van schitterend onfeilbaar wapentuig? Of gaan die monsters een reeds veroverde vesting slechten? Opgetrokken uit gedegen religieus beton? Nee, de beoogde vijand betreft slechts één Persoon: de Goddelijke mensenzoon.
Dan moet toch deze Mens over formidabele macht beschikken? Met een enkel Woord het duivels legioen weerstaan? Inderdaad; dat feit is dubbeldwars bewezen. Want deze Yeshua is bekleed met een Goddelijk krijgskostuum. Eigenlijk naadloos omhuld met de Allerhoogste in eigen Persoon. Waar Hij zo als God Zelf verschijnt sidderen de krochtelingen. Al hun gijzelingen laten ze diep vernederd gaan. Onmachtig tot elk verweer. Deze onverslaanbaar Godmens zal zeker overwinnen; met verpletterend machtsvertoon.
Waarom dan toch waagt de boze dit riskante krijgsvertoon? Terwijl toch zo duidelijk van God Zelf niet te winnen valt? Over welke geheime informatie beschikt deze onverlaat? Het zijn de woorden die Yeshua meermaals sprak. Dat Hij sterven moest ten gunste van elk verloren mensenkind. Een onvermijdelijk diep lijden moest Hij doorstaan. Door allen verlaten, naakt; ontdaan van elke hemelse macht en waardigheid. Om zo de weg van de dodelijk zwakke mens te kunnen gaan.
Voor de boze is dit de meest uitgelezen kans. Om voorgoed zijn slag te slaan: “Ontdaan van elk hemels gezag is de Godmens belachelijk zwak. De gekluisterde mensheid bevrijden door diens verdoemenis te ondergaan? Hahaha. Een getogen hemeling die niet terugdeinst voor dit gruwelijk vergezicht? Verpletterende angst, intens folterende pijn, ultieme vernedering en smaad? Dat alles doordrenkt met besef van absolute verlatenheid? Geen wezen uit de ganse kosmos kan zo’n vernietiging uit vrije wil doorstaan.”
Het voorwerk is reeds terdege uitgevoerd. De ganse clerus grondig gecorrumpeerd. De door zichzelf ingenomen hooggeletterden allang geconfisceerd. Zelfs naaste vertrouwelingen in zwarigheid en vrees verpakt. Als zielige zuigelingen in slaap gesust. Voor Yeshua breekt het uur der waarheid aan. De hele helse legermacht gaat op Hem los. Gefolterd door alle menselijk lijden met totale vernietiging als perspectief. Verpletterende angst die bloed uitdrijft. Door totale eenzaamheid en smart doorboord.
De boze was verzekerd van zijn duistere triomf. De zwakte van de hoge hemeling goed ingeschat. Nog even een zonniger perspectief getoond. Met een tekentje aan Vader zou Yeshua de marteldood kunnen ontgaan. Onmiddellijke buiging van dit gruwelijk verhaal. “De verloren mens verlossen met een meer verheven plan. Dan toch beter heelhuids de kwelling mijden? Net zoals ongehavend lachen na springen van een tempeldak? Iedereen ziet dan Wie U werkelijk bent. En hoeft U niet te worden vermoord.”
Dit voorstel had voor Yeshua beslist een mooie kant. Welverdiende eer en glorie voor Zijn Persoon. Van de mensen jubel en luister en rap terug naar Gods hemeltroon. “Maar wacht eens; dat is toch juist de nederlaag? Dat wil ik niet. Welk verloren mens is daarmee dan gered? Als niet iemand zonder smet of blaam zijn duister karma overneemt? Ging Ik niet deze weg uit vrije wil? Omdat Ons hart steeds breekt bij het zien van alle mensenleed. Bij het hopeloos sterven van ieder mensenkind? Laat het toch maar Vaders wil zijn die hier en nu geschiedt.”
De boze was er blindelings ingetuind. Totaal en grondig was zijn nederlaag. Begreep hij iets van het allerhoogste Godsgebod? Zoals uit pure liefde stromende moed en trouw? Leidend tot gewilligheid? Wist hij veel dat liefde elke lokroep overwint? Diep getergd en tegelijk verbijsterd ruimde hij het veld. Lieftallige engelen stonden nu Yeshua bij. Laafden Hem met hemeldrank. De boze was de strijd nog lang niet moe. Het was immers zijn diep verdorven aard. Wacht maar tot het echt gebeuren gaat. Aan die harde houten martelpaal. En heel de wereld daar Gods afgang ziet.
Waar de eerste mens voor de verleiding koos. En zo geroofd werd door de draak. Daar had Yeshua met gehoorzaamheid de strijd beslist. Het herstel was Gods wil doen tegen elke prijs. Zijn blikveld was nu super positief. Onder heftig lijden Zijn focus op het Vaderhuis. Thuis komen met een onschatbaar grote oorlogsbuit. Met de bevrijde mensensoort. De ganse schepping inclusief. Heel snel ging nu de lijdensweg. Hij had dat alles al diep doorleefd. Zijn Liefde bleef onaangetast. Liefde die totaal vergeeft is wel de allergrootste kracht.
Wie kan zulk heftig leed gedwee doorstaan? Welk door intense foltering stervend mensenkind? Wie vergeeft dan zonder wrok zijn moordenaars met heel zijn hart? Dat is beslist de Zoon van God! Zijn zorg was niet Zijn eigen lijdensweg. Zijn bekommernis betrof Zijn dierbaar medemens. Hij kende immers de afloop van dit triest relaas. Dat het allemaal dik in orde komen zou. Zweepslag, hoon en marteltuig. Zelfs Godverlatenheid. Hij nam ze als Gods eerbetoon. Roepend op dat sterfmoment: “Het is volbracht!”
Wat nu zal voor mij de strekking zijn? Van die door velen blij aanvaarde victorie? Nog dagelijks gebukt gaan onder zondenlast? Ontkennend wat Yeshua voor mij heeft gedaan? Steeds dieper gravend naar mijn ellendestaat? Totaal onmachtig voor een volmondig “ja”? Heeft Yeshua dan ook niet mij verlost? Van de boeien en het slavenjuk? De uitbuiting door de prins der duisternis? Mijn zonden zijn allang vergeven. Daar was geen kruisdood voor bedoeld. Wat weg moest was mijn erfenis. Dat is mijn ingeboren ik-gerichte eigenzinnigheid.
De aard van God leidt immer tot vergiffenis. Slechts één obstakel kan dat pardon verdoen. Als ik niet ook de anderen vergeving schenk. Er is echter wel een groot geheimenis. Niet alleen Yeshua is aan dat kruis gegaan. Mijn oude ik hing daar ook; de mens van vlees en bloed. En dat van jou en van haar en ook van hem en hun. Ons ik-gerichte eigen zelf is daar uit de pijp gegaan. Als je dat tenminste geloven wilt. En bereid bent jezelf te verliezen in Yeshua’s dood. Zodat je als nieuw mens kunt verdergaan. Voor altijd genietend van Gods tegenwoordigheid.
Nu zul je zeggen, dat is alles bloemrijk neergetoetst. Ondanks mijn geloof, ben ik steeds nog dat ellendig mens. Maar geloof je ook dat Yeshua is verrezen? Dat Hij de doodsmacht heeft teniet gedaan? Dat Hij overvloedig bruist van Leven? Je binnenste kiezend als Zijn zomerhuis? Maak dan ruimte voor het Licht, dat heel je leven verlichten kan. Gods Geest is nu je Leraar, Kracht, Beschermer en Troost. Gods Geest is immers Gods bewegingskracht van het gans heelal. En jouw fiere overwinningskreet in dit aardse tranendal.
Je spiegel zal je niet verlossen. Je eigen kracht schiet duidelijk zwaar tekort. Je bent immers overleden. Van satans slechte doelenlijst geschrapt. Niet je navel geeft je overwinning. Niet je drammerig zelfverwijt. Vergeet maar die ten dode opgeschreven stakker. Die zelfvoldane zombie die je vroeger was. Door geloof ben je burger van een hemels Koninkrijk. Door te geloven is het oude afgedaan. Geloof brengt het beste bericht tot leven. Zo ben je met Yeshua ook weer opgestaan. Je zult het zien en diep ervaren. Gods verrukkelijke aanwezigheid is werkelijk overal.
Dit artikel is afkomstig van Marijn Burkunk, oprichter van Oasis Trails. In een Spaans dorpje, aan het pelgrimspad naar Santiago de Compostela, runt de Oasis Trails gemeenschap een kleine herberg. Het is een gemeenschap van gelovigen, die de gasten zowel praktisch als geestelijk met Jezus, het Levende Woord, in contact wil brengen. Heel praktisch en betrokken, op een manier die bij de gasten past. Lees hier meer over de Oasis Trails.
Praatmee