Lawal, 31, werd vorig jaar juli door zijn partij als raadslid geschorst. Het in Northampton (Engeland) actieve raadslid uitte middels een tweet kritiek op de pride-beweging. De volledige tweet, die later verwijderd werd, luidde: "Wanneer werd trots iets om te vieren? Vanwege trots viel Satan als een aartsengel. Trots is geen deugd maar een zonde. Degenen die trots hebben, moeten zich bekeren van hun zonden en terugkeren naar Jezus Christus. Hij kan je redden.” 

Lawal plaatste de tweet in aanloop naar de Pride Parade. Het raadslid maakte zich naar eigen zeggen zorgen over het volwassen karakter van sommige pride-evenementen. Bij veel van deze evenementen zijn namelijk ook veel kinderen aanwezig. 

De tweet zorgde er niet alleen voor dat Lawal door zijn partij geschorst werd. Ook raakte hij verschillende functies kwijt, zoals bijvoorbeeld het voorzitterschap van Health Scrutiny Committee maar ook het vicevoorzitterschap van de Scrutiny Management Board.

Om zijn standpunten te verdedigen tweette Lawal later: “Als christenen het hebben over ‘zonde’ of ‘zondaars’, hebben we het over onszelf. We wijzen geen specifieke mensen of groepen mensen als zondaren aan. Zonde omvat volgens de Bijbel ook liegen, stelen, roddelen en haat, en dus niet alleen zaken als homoseksualiteit, overspel en seks buiten het huwelijk. Jezus zei dat zelfs het hebben van onheilige gedachten waar we nooit naar handelen zondig is. Wij zijn naar deze maatstaf zondig, inclusief ikzelf.”

In een klacht die tegen Lawal werd ingediend, werd beweerd dat de oorspronkelijke post van Lawal homofoob was en “in strijd was met de normen en waarden van de Conservatieve Partij.” De klacht leidde vervolgens tot een zes maanden durend onderzoek, uitgevoerd door een onafhankelijke commissie binnen de partij. Inmiddels is Lawal vrijgesproken van de klacht en lijkt hij als raadslid aan te kunnen blijven. 

In een schriftelijke uitspraak die deze week aan het raadslid werd gestuurd, zei men dat "het verkeerd zou zijn om een bezwaar tegen de pride-beweging als homofoob te bestempelen". “De commissie erkent dat de post van Lawal een weergave is van zijn religieuze overtuigingen, die hij vrij en gerechtigd is te bekleden. Daardoor zou de post, hoewel ze voor sommigen aanstootgevend kunnen zijn, per saldo niet discriminerend of homofoob hoeven te zijn”, aldus het rapport. 

Lawal verwelkomde de uitkomsten van het onderzoek, maar zei dat hij "geschokt" was dat er überhaupt een onderzoek naar hem was ingesteld.