Dit artikel is nu opgeslagen in je
dashboard.
Bewaar artikelen in je dashboard.
Elk kind ontdekt al jong dat het leven niet altijd over rozen gaat, integendeel. Hoe gek het misschien ook klinkt, dat is ook Gods bedoeling. Hij wil ons karakter laten groeien en dat gebeurt door correctie en het leren omgaan met tegenslag. De Hebreeënbrief zegt ons in hoofdstuk 12 dat we een wedloop moeten leren lopen en daarvoor is oefening nodig. In vers 11 staat: En elke bestraffing schijnt op het moment zelf wel geen reden tot blijdschap te zijn, maar tot droefheid. Maar later geeft zij hun die erdoor geoefend zijn een vreedzame vrucht van gerechtigheid.
Het leven van een christen is dus een oefenschool. Het huwelijksleven en het gezinsleven zijn dat ook. De grote vraag is óf we tijdens dat dagelijks leven, in die voor- en tegenspoed, willen leren? En als het niet goed gaat, willen we ons dan bekeren: omdraaien, het anders doen? Wanneer we van onze fouten leren, dan merken we dat tegenslag en correctie ons opbouwen en dichter bij God en bij elkaar brengen. En de mooie extra uitdaging is dan of wij – met onze fouten – ook een voorbeeld durven te zijn voor onze kinderen.