Dit artikel is nu opgeslagen in je
dashboard.
Bewaar artikelen in je dashboard.
In zijn betoog maakt Fransen een onderscheid tussen twee soorten naturalisme: het ‘filosofisch naturalisme’ en het ‘methodologisch naturalisme’. Hoe zit dat precies? Het naturalisme is het geloof dat het bovennatuurlijke niet bestaat. Geen God of goden, geen engelen, geen duivel, niets. De term ‘filosofisch naturalisme’ omschrijft dat geloof. ‘Methodologisch naturalisme’ is de basis voor de wetenschap (doen alsóf er niets bovennatuurlijks is, of je dat nu gelooft of niet). Maar is dat onderscheid wel van toepassing? In essentie is er geen verschil tussen een naturalistische wetenschapper of een christelijke wetenschapper: het bovennatuurlijke heeft geen plaats in de wetenschap. Dat is een filosofische keuze geweest. Maar was die keuze terecht?