"Waar wilt U ons hebben?"

Maakt het werk van de Geest blij? Ja, dat kunnen Ad en Jeannette Vermeulen (66) volop beamen. Zij gingen, jong getrouwd met drie kleine kinderen, als zendelingen naar Zuid-Italië. "We maakten prachtige dingen mee: jongeren die stopten met drugsgebruik, het bezoeken van gevangenen, evangelisatiewerk... Onlangs gingen we terug en werden ontvangen alsof we familie zijn. Dat maakte ons zo blij!"
Waarom vertrokken jullie als jong gezin naar Italië?
Jeannette: "We vroegen aan God: ‘Waar wilt U ons hebben?’ Toen schreef iemand uit Zuid-Italië – met wie Ad nog contact had na een kerkproject in zijn jeugd – dat er een echtpaar werd gezocht voor een opvangcentrum voor drugsverslaafden. Ik dacht: dat zijn wij! Ik liet de brief aan Ad lezen, maar zei niets. Ik was benieuwd of het hem ook zou raken. Dat gebeurde! Na allerlei voorbereidingen zijn we met drie kinderen naar Bari (Puglia) gegaan."
Zendingswerk was op voorhand niet vanzelfsprekend. Zo heeft Ad op jonge leeftijd veel meegemaakt. Hij vertelt: "Toen ik acht was, gingen mijn ouders scheiden. Van de ene op de andere dag zag ik mijn vader niet meer. Mijn moeder trouwde opnieuw, ze is viermaal gescheiden. Ze was psychisch ziek en werd regelmatig opgenomen. Tot mijn blijdschap zag ik mijn vader weer toen ik elf was, maar we konden niet bij hem wonen. Ik kwam bij een oom in huis, mijn beide broers belandden in een kindertehuis. Een ontroerend moment van mijn leven was later bij mijn vaders sterfbed: we vierden avondmaal, ook met mijn broers die allebei tot geloof zijn gekomen."
Hoe heb je Jeanette ontmoet?
"Een vriend nam me mee naar de jeugdclub van een evangelische gemeente. Ik was eenzaam en vond daar gezelligheid, maar ik geloofde niet. Ik was gereformeerd opgevoed, maar na mijn gebroken jeugd kon ik me niet voorstellen dat God bestond. Daar ontmoette ik Jeanette.”
Jeanette knikt: "Ik ben gelukkig in een warm en stabiel gezin opgegroeid. Ik merkte al een tijdje dat Ad mij leuk vond. Hij ging met de jongelui van de kerk mee naar een project in Italië, waarna iemand zei dat hij daar een meisje had. Dat was gelukkig niet zo! Maar ik merkte wel dat ik iets voor hem voelde."
Je bent sindsdien veranderd, Ad. Hoe is dat gegaan?
"De jeugdleider in onze club ging voor sommige jongeren bidden, en toen ik bad, gebeurde er iets bijzonders. Ik geloofde niet in iets bovennatuurlijks, maar nu ervoer ik het tegendeel: ik voelde dat God bestond. De leider liep met mij naar buiten en vroeg: ‘Wil je Jezus in je hart aannemen?’ 'Ja!' zei ik. Hij zei: 'Jezus gaat je helpen. Voortaan ben je niet meer alleen.' Dat bleek waar te zijn, ik was niet langer eenzaam. Daarna ging ik de Bijbel lezen."
Wat deden jullie precies in Italië?
"We vingen drugsverslaafden op en spraken met bezorgde ouders. Na enkele jaren moesten we stoppen met de opvang: drugsjongeren zijn soms agressief, en dat escaleerde. We bleven hen en hun families wel begeleiden op straat. We deden ook evangelisatiewerk. We zagen de heilige Geest aan het werk als we in de evangelisatietent om een zegen baden voor mensen. Vaak werd hun hart geraakt. Luisteren naar de Geest is niet eenvoudig, maar we bleven bidden en vertrouwen op Hem.
Na vijftien jaar merkten we dat we toe waren aan een sabbatical (verlof). Ook al ging het goed, alle aangrijpende dingen stapelden zich op. We zouden na een jaar terugkomen, maar al snel bleek dat we beter langer in Nederland konden blijven – de impact van het werk op ons was te groot. Maar we hebben prachtige herinneringen! We gaan vaak en graag terug naar Italië. Vorig jaar maakten we een lange reis, waarbij we ook kennissen bezochten die nu op andere plekken in Italië wonen."
Konden jullie merken dat God verder is gegaan met deze mensen?
"Ja nou! We bezochten een ex-drugsverslaafde in Milaan. Hij heeft nu een stabiel gezinsleven met zijn vrouw en kinderen. Een andere ex-verslaafde is nu oudste in een klein kerkje in Bari. We hebben een vrouw ontmoet die, samen met haar moeder, tot geloof is gekomen, nadat ze haar verslaafde vader zagen veranderen. In een park rende een man op ons toe: 'O, Adriano en Jeanette!' Bleek dat hij ons gezocht heeft na ons vertrek. Hij was eenzaam en vertelde dat wij de enigen waren bij wie hij weleens te eten werd gevraagd. Wat waren we blij hem weer te zien!" Ad: "Als ik zie hoe deze mensen terecht zijn gekomen, en nog steeds met God leven, dan doet me dat zo goed." Jeanette: "God is met al deze mensen doorgegaan; daar kan ik zo intens blij van worden!"
Praatmee