Bijzondere opgravingen in Jeruzalem werpen nieuw licht op periode waarin Jezus leefde
Tijdens recente opgravingen in de afwateringskanalen onder de hoofdstraat van het oude Jeruzalem zijn bijzondere vondsten gedaan die nieuw licht werpen op de laatste dagen van de stad voor de verwoesting in het jaar 70 na Christus. De vondsten omvatten druivenpitten, 2000 jaar oude eierschalen en intacte keramische lampen die nog sporen van roet bevatten.
De opgravingen, geleid door de Israel Antiquities Authority (IAA) en gefinancierd door de Stad van David, geven inzicht in de stedelijke ontwikkeling van Jeruzalem tijdens de laatste decennia voor de vernietiging van de Tempel door de legers van keizer Titus. “In de monding van het kanaal werd het afval van het leven boven de hoofdstraat van Jeruzalem weggespoeld, waar het tussen de muren bewaard bleef zoals het was op het moment van de vernietiging van de stad", verklaarde dr. Ayala Zilberstein, de opgravingsdirecteur namens de IAA.
De archeologen ontdekten een schat aan voorwerpen die de rijkdom en grandeur van Jeruzalem tijdens de Tweede Tempelperiode weerspiegelen, een tijd waarin de stad bruiste van activiteit. Onder leiding van Nissim Mizrahi vond het team intacte vaten, waaronder keramische flesjes voor parfum en olie, evenals een glazen fles die grotendeels intact bleef.
Bijzondere aandacht trok een gebroken keramische fles, ook wel de "peervormige fles" genoemd, die werd gebruikt tijdens de tijd van Jezus voor dagelijks gebruik en het bewaren van oliën en parfums. “Door deze grote variëteit aan potten en schalen die zich in het afvoerkanaal hebben opgehoopt, krijgen we een bijna compleet overzicht van het serviesgoed van de inwoners van Jeruzalem", aldus Zilberstein.
In de bovenste lagen werden onder meer geheel ongebroken aardewerklampen uit de Tweede Tempelperiode, met roetsporen die getuigen van de vuren die ooit in hen brandden. Deze olielampen, vaak "Herodiaanse" of "geschaafde olielampen" genoemd, werden veel gebruikt door Joden en heidenen in het Heilige Land in de 1e eeuw na Christus.
“Hoe dichterbij je bij de lagen uit de laatste dagen van de stad komt, hoe minder bewijs van menselijke artefacten je vindt, en zo begint het beeld van het verval van de vitaliteit van de stad vorm te krijgen", merkte Zilberstein op.
De vondsten worden nauwkeurig geanalyseerd met innovatieve technieken, waarbij zelfs voedselresten zoals druivenpitten en graankorrels zijn ontdekt. Deze vondsten geven inzicht in het dieet van de inwoners van Jeruzalem tijdens een periode van levendige stadsactiviteit.
“Nu het woord ‘verwoesting’ vandaag de dag meer dan ooit relevant is, is het van groot belang om terug te kijken naar ons verleden, te herinneren waar we vandaan komen en wat we hebben doorstaan, om zo een bredere kijk op ons leven hier in Israël te krijgen", benadrukte IAA-directeur Eli Escusido.
Praatmee