Hevige natuurbrand legt restanten Bethaïsda-Julius bloot

Een hevige natuurbrand bij het Meer van Galilea heeft onverwacht nieuw licht geworpen op Bethsaïda, de geboorteplaats van de discipelen Petrus, Andreas en Filippus. Wat eerst op een voor archeologen catastrofale ramp leek uit te draaien, veranderde juist in een baanbrekende ontdekking. Door de brand kwamen namelijk de restanten van de stad Bethaïsda-Julius bloot te liggen.
Dr. Steven Notley van Pillar College vertelt hoe het begon. “We keken over het meer en zagen dat er brand uitgebroken was.” Hij reed erheen en zag hoe de eucalyptusbomen bij El-Araj in brand stonden. El Araj is de archeologische vindplaats die door steeds meer archeologen gezien wordt als de waarschijnlijke locatie van het Bijbelse Bethsaïda. “Lieve help. Dit gaat onze opgraving helemaal verstoren”, dacht hij.
De brand woedde zeventien uur lang en bedreigde de archeologische vindplaats. Toch bleek na afloop dat de brand juist bijzondere sporen zichtbaar had gemaakt.
Dr. Motti Aviam van het Kinneret College vertelt hier meer over: “Toen de brand voorbij was en we door het verbrande gebied liepen, vonden we resten van Bethsaida Julius. We zagen muren en stenen van wat waarschijnlijk openbare gebouwen waren. Alles wat we vonden komt uit de Romeinse tijd.”
Opmerkelijk genoeg stopte het vuur precies bij de oude basiliek. “Niemand kan het uitleggen”, zegt Dr. Notley. Collega Aviam stelde dat het ‘de hand van God was’ die het gebouw beschermde. Notley voegt eraan toe: “God gaf ons schoonheid in plaats van as.”
Doordat het gebied zwartgeblakerd was, konden onderzoekers ineens veel meer zien. “We kwamen bijna geheel zwart naar buiten”, vertelt Dr. Aviam. “Maar wat we ontdekten was heel belangrijk. We zagen hoe groot de nederzetting was. Het was veel groter dan we dachten.”
Bethsaïda groeit daarmee uit tot een van de belangrijkste nieuwtestamentische vindplaatsen in Israël. Archeologen vonden er onder meer een Byzantijnse kerk en een zeldzaam mozaïek dat Petrus afbeeldt als “de Bewaarder van de Sleutels.” Dr. Aviam zegt daarover: “Dit heeft grote betekenis voor de christelijke wereld. Er is geen andere inscriptie in het oostelijke Middellandse Zeegebied die dat vermeldt.”
Voor Dr. Notley, die al eerder stelde dat dit de Bijbelse locatie moest zijn, draagt de vondst bij aan zijn geloofsleven. “Ik ben iemand met een diep geloof”, zegt hij. “Als ik deze dingen tegenkom, versterkt het voor mij de realiteit van mijn geloof.” Hij ziet de vondst als een vorm van getuigenis: “Ik denk dat de stenen de Bijbelse waarheid uitschreeuwen."































Praatmee