Dit artikel is nu opgeslagen in je
dashboard.
Bewaar artikelen in je dashboard.
Het coronavirus treft de hele mensheid. Naast enorme gevolgen voor de volksgezondheid en de economieën zien we ook iets moois ontstaan van saamhorigheid en naar elkaar omzien.
Ik kan mij niet aan de indruk onttrekken dat de gedachte leeft dat we het met elkaar eigenlijk wel goed doen en dat een van buiten komend kwaad ons, in potentie goede mensen, nu opeens treft. Hoe kijkt God naar de mensheid? Daar moeten we erg voorzichtig mee zijn, maar de Bijbel zegt ons hierover het volgende: We lezen in Mattheüs 24 dat de periode voor de komst van de Heere Jezus lijkt op de periode van vóór de zondvloed. In Genesis 6 lezen we over die tijd. ‘Toen de Here zag, dat de boosheid van de mensen groot was op de aarde en al wat de overleggingen van zijn hart voortbrachten te allen tijde slechts boos was, berouwde het de Here, dat Hij de mens op de aarde gemaakt had, en het smartte Hem in zijn hart.’