2. Mensen en dinosaurussen hebben tegelijkertijd geleefd. Feit!
Volgens de Bijbel heeft God alle landdieren en mensen geschapen in de zes dagen van de scheppingsweek. Mensen en dino’s hebben dus tegelijkertijd geleefd. Dit wordt ondersteund door de grote hoeveelheid verhalen, mythes en beschrijvingen over dieren die erg veel lijken op wat we nu dino’s noemen.
3. Dinosaurussen pasten niet in de ark. Fabel!
De ark was een erg grote boot van ongeveer 150 meter lang, 25 meter breed en 15 meter hoog. Ruimte genoeg voor héél veel dieren en voedsel. Alleen van elke basissoort gingen er twee dino´s mee. Bovendien waren niet alle dino’s groot, gemiddeld de grootte van een schaap. Ook heeft God misschien jonge dino’s gestuurd, die bleven vóór hun groeispurt nog erg klein.
4. Alle dinosaurussen waren ooit vegetariër. Feit!
God gaf de planten en vruchten aan de dieren als voedsel (Gen. 1:29-30). Pas na de zondeval, en wellicht pas na de zondvloed, werden sommige dino’s vleeseters.
5. We weten 100 procent zeker dat alle dinosaurussen zijn uitgestorven. Fabel!
Sommige moerassen, oerwouden en diepe zeeën zijn nog nooit verkend. Ook gebeurt het vaker dat men soorten vindt waarvan men dacht dat ze uitgestorven waren. Daarom mogen we niet met 100 procent zekerheid uitsluiten dat er ergens nog levende dinosaurussen bestaan. Toch is de kans héél klein dat er ooit nog een dinosaurus gevonden wordt. Jammer, of gelukkig maar?
Dit artikel ‘Dinosaurussen: feit of fabel’ is eerder gepubliceerd als poster in het septembernummer van het kwartaalmagazine Bijbelvast van Logos Instituut. Wil je hier meer over weten of je aanmelden voor een gratis abonnement? Klik hier voor meer informatie.
Lees hier meer over het werk van Logos Instituut