Directeur Wycliffe Nederland: "Rivaliserende stammen sluiten vrede door Bijbel in eigen taal"
"Een Bijbel in de eigen taal helpt mensen uit oorlogsgebieden te genezen van hun trauma's." Wycliffe Bijbelvertalers publiceerde deze week de jaarlijkse statistieken van het wereldwijde Bijbelvertaalwerk. Uit onderzoek blijkt dat van de ruim 7.300 talen wereldwijd, momenteel 724 talen over een volledige Bijbel beschikken en bijna 3.000 talen over in ieder geval een deel van de Bijbel.
Cvandaag sprak Bram van Grootheest, directeur bij Wycliffe Bijbelvertalers Nederland, over de voortgang van de Bijbelvertalingen, zijn persoonlijke ervaringen en de financiële steun die de stichting hard nodig heeft. Want ruim 1,45 miljard mensen hebben nog altijd geen toegang tot de Bijbel. “De laatste twee jaar hebben we gelukkig stappen kunnen maken door onze capaciteit op de lokale dorpen te richten. Daar is namelijk meer en meer het besef gekomen dat de lokale kerken zelf heel veel kunnen betekenen voor het verkrijgen van een Bijbel in de eigen taal”, vertelt Van Grootheest.
“We praten daarom eerst met de kerken zelf. Wanneer je dat doet word je echt overweldigd door hun enthousiasme en de vraag naar een Bijbel. We proberen hen vooral te helpen om aan hun eigen vraag naar Bijbelvertalingen te kunnen voldoen. De mensen die we naar de gebieden toesturen zijn dus vooral gericht op het trainen en ondersteunen van de lokale bevolking”, zegt de directeur van Wycliffe Bijbelvertalers.
Grote uitdaging
Dat de hulp van Wycliffe Bijbelvertalers bij de grote vraag naar Bijbelvertalingen resultaat oplevert, blijkt wel uit de cijfers. Waar vorig jaar nog 1.892 talen wachtten op de start van een Bijbelvertaalproject, zijn dat er nu nog maar 1.680. Van Grootheest: “Een daling van maar liefst 212 talen in één jaar tijd dus. Dat is ongekend veel en daar zijn we erg dankbaar voor. Wel wordt de uitdaging om nieuwe vertaalprojecten te starten steeds groter. Veel van de mensen die nog geen toegang hebben tot een Bijbel in hun eigen taal wonen in gesloten gebieden. Dat zijn landen waar het christendom niet is toegestaan.”
Veel gesloten gebieden bevinden zich in Afrika en met name Azië. In Azië hebben bijvoorbeeld 112 miljoen mensen geen Bijbelvertaalproject in hun eigen taal. “In veel Aziatische landen is het Evangelie verboden”, zegt Van Grootheest. “Ook neemt de onrust wereldwijd toe, waardoor Bijbelvertaalwerk in de verdrukking komt. Gelukkig hebben we samen met verschillende Bijbelvertaalorganisaties vijftig nieuwe vertaalprojecten kunnen starten in Congo. Het is gewoon gaaf dat je voor alle mensen die deze vijftig talen spreken het verschil kunt maken.”
Frans is één van de officiële talen van DR Congo, maar dat betekent zeker niet dat iedereen deze taal spreekt. “Jongeren die gaan studeren in de steden spreken prima Frans. Maar de mensen die blijven hangen in de lokale dorpen spreken vrijwel nooit Frans. Als ze dan één keer per week Frans in de kerk horen spreken, terwijl ze de taal zelf nooit gebruiken, dan begrijp je dat dit voor hen behoorlijk ingewikkeld moet zijn. De meeste Nederlanders hebben wellicht een zelfde soort basiskennis van het Frans als daar. Moet je nagaan hoe het zou zijn als hier elke zondag de Bijbel in het Frans zou worden voorgelezen. En dan lijkt onze taal ook nog eens een beetje op het Frans. Dat is daar helemaal niet het geval.”
Op de brommer
Wat kan een organisatie als Wycliffe precies doen met het geld dat donateurs naar hen overmaken? “Nou, neem die vijftig vertaalprojecten in Congo. Voor één zo’n vertaalproject zijn vier vertalers nodig met een inkomen, reiskosten en een werkplek. Vaak moeten ze flinke afstanden afleggen op de brommer om bij afgelegen taalgebieden te kunnen komen. Zo’n project kost in totaal 40 duizend euro per jaar. Reken maar uit, wil je vijftig taalprojecten draaiende houden dan heb je twee miljoen euro per jaar nodig. Daarbij vertrouwen we ook op de werking van de Heilige Geest. Zo kwamen we door de grote vraag naar vertaalprojecten vorig jaar vier ton tekort. Maar wij wilden de mensen geen nee verkopen. In de loop van het jaar zagen we echter dat dit gat werd opgevuld. Het is heel gaaf om dat te zien gebeuren. Menselijkerwijs zou je het misschien iets rustiger aan doen.”
Om de vertaalprojecten te laten slagen moet er veel door verschillende kerken en denominaties worden samengewerkt. “We trekken samen op en zorgen daardoor ook voor meer eenheid in de kerk. De verschillen tussen kerken brengen uitdagingen met zich mee, maar de bereidheid en motivatie om een Bijbel vertaald te krijgen weegt vele malen zwaarder. Dat is prachtig om mee te maken. Welke delen van de Bijbel je als eerst vertaalt hangt ook van de context van het land af. Als je in een moslimgebied vertaalt begin je bij het Oude Testament. In andere gebieden zijn vaak de evangeliën als eerste aan de beurt.”
Van Grootheest ondervond het belang van het vertaalwerk van Wycliffe Bijbelvertalers aan den lijve. “Ik heb jarenlang in Laos gewoond. Ik kreeg daar met heel veel verschillende talen te maken. Hoe verder ik van de stad afkwam, hoe minder ze mij begrepen. Als je dan iets aan lokale bewoners wilt uitleggen, valt dat niet mee. Laat staan dat ze een Bijbel in die taal moeten begrijpen. Ook maakte een collega mee hoe iemand een keer in het voorbijgaan langs een boom liep waarin een radio was geplaatst. Hij hoorde daar het evangelie plotseling voor het eerst in zijn eigen taal! Hij bleef staan en beleed ter plekke zijn zonden. Hij vertelde direct aan de mensen uit het dorp dat hij regelmatig dingen had gestolen. Hoe krachtig kan het Woord dan zijn?”
Trauma
Die kracht blijkt ook uit de twee andere voorbeelden die Van Grootheest schetst. “Op het gebied van traumaherstel kan het vertaalwerk ook heel veel betekenen voor mensen. Door de oorlog zijn er heel veel trauma’s in de landen waar we komen. We willen heel graag met die mensen in gesprek gaan en de woorden van de Bijbel voor hen beschikbaar maken. Zo vindt er genezing bij deze mensen plaats. Wat we daarnaast terugzien is dat rivaliserende stammen met verschillende talen vrede sluiten nadat ze allebei een Bijbel in hun eigen taal hebben ontvangen. Ze lezen dan dat een dergelijk conflict niet is wat God wil. Dat is toch schitterend?”
Dat het werk van Wycliffe Bijbelvertalers van groot belang is voor mensen in afgelegen gebieden is overduidelijk. Toch maakt Van Grootheest zich zorgen over het uitblijven van financiële steun. “Financieel gezien gaat het dit jaar niet goed. Sinds februari hebben we flink minder inkomsten. Dat is nieuw voor ons. Tot dit jaar stegen de inkomsten ieder jaar. Na januari zaten we nog boven het niveau van het jaar daarvoor. Maar wellicht dat er dit jaar meer aan Oekraïne is gegeven dan aan andere doelen. Ik weet het niet. Tegelijkertijd hebben we het vertrouwen dat het goed gaat komen.”
Een tekort op de begroting betekent een vertraging van de opgezette vertaalprojecten in Congo. Iets wat Wycliffe Bijbelvertalers graag wil voorkomen. De steun van Nederlandse christenen, zowel door gebed als giften, is en blijft dus hard nodig. Doneer nu.