Acht christenen al twintig jaar opgesloten in Eritrea

In Eritrea zitten acht christenen al tussen de 18 en 21 jaar gevangen, louter vanwege hun geloof. De regering erkent slechts vier religieuze gemeenschappen en vervolgt systematisch christenen uit niet-erkende kerken.
Christelijke organisaties zoals Barnabas Aid melden dat gelovigen uit verboden denominaties regelmatig willekeurig worden gearresteerd en langdurig worden vastgezet, vaak zonder aanklacht of proces. Ook kerken die wél zijn toegestaan krijgen te maken met controle en intimidatie door de overheid.
Wie zijn de gevangenen?
De acht mannen komen uit verschillende kerken en bewegingen die in Eritrea niet officieel worden erkend. Drie van hen waren betrokken bij de Medhane Alem beweging binnen de Eritrees-Orthodoxe Kerk. Zij lazen en onderwezen de Bijbel in de lokale taal, wat de overheid als bedreiging zag. Na hun arrestatie werd hun gemeente gesloten.
Andere mannen, onder wie voorgangers en evangelisten, werden opgepakt omdat zij een leidende rol zouden hebben gespeeld in ondergrondse kerknetwerken. In alle gevallen ontbreken formele aanklachten en rechtszaken.
Zware omstandigheden
De gevangenen zouden zich bevinden in het Wengel Mermera-centrum in Asmara, dat door mensenrechtenorganisaties wordt omschreven als een duister netwerk van cellen. Er zijn al jaren berichten over systematische mishandeling, extreme isolatie en inhumane leefomstandigheden in Eritrese gevangenissen.

































Praatmee