Een onvergetelijk moment: ik keek in de ogen van Jezus
Het is donderdagavond 19 september. Ik ben op bezoek in Evangeliegemeente Morgenstond in Delft. Die avond spreek ik samen met Pieter Kieviet op een LHBTI-avond. De gemeente zit in een proces om na te denken over hoe zich te verhouden tot (samenlevende) LHBTI’ers in hun midden.
Vandaag is het derde moment waarop de gemeente samenkomt om daarover samen na te denken. Er klinken verhalen. Bij het thema komen gezichten. Pieter vertelt over hoe hij als homo meent celibatair door het leven te moeten gaan. Ik vertel hoe ik de vrijmoedigheid heb om inmiddels alweer 12,5 jaar met Lionel samen te zijn en het leven te delen.
Er vloeien tranen. Je kan een speld horen vallen. De 75 bezoekers zitten op het puntje van de stoel, zijn betrokken en het is daardoor niet moeilijk om kwetsbaar te zijn. Pieter vertelt open en vrij en ik prijs me gelukkig met hem samen te mogen ‘werken’. Een dame luistert met open mond. Hier gebeurt iets wezenlijks. Ik voel diep vanbinnen iets bij te mogen dragen aan wat mensen in beweging zet en het bezorgt me blijdschap, juist ook als ik mag laten doorklinken dat zelfs uit het zwartste zwart het licht overwint. Deze avond gaat over meer dan ‘voor’ of ‘tegen’. Deze avond gaat over mensen, wier levens vermengen. Onderaan de streep verschillen we niet zoveel van elkaar en zoeken we allemaal naar licht en wijsheid, door ons zoeken en gepuzzel heen.
In de pauze komt een oudere heer naar mij toe. Gedistingeerd, perfect gekamde haren, stropdas. Hij kijkt mij aan. "Tsjonge, John…"
Het is even stil. Ik weet niet wat komen gaat. Kan het moeilijk inschatten ook.
Twee ogen kijken mij aan. Hij slikt. En nog eens. Hij schraapt zijn keel.
"John, premier Rutte bood zijn excuses aan namens het kabinet. Ik wil dat ook doen, namens de christenen die jou pijn hebben gedaan. Alleen weet ik niet hoe…"
De ogen kleuren rood. Ik leg mijn hand op zijn linkerschouder en kijk hem aan. "Dit doet mij meer dan u misschien beseffen kan", stamel ik. De grond van de kerkzaal is even van ons beiden. Het is de gewijde grond van de vredesduif.
De 19e september laat mij niet los. Als een voorbidder kwam deze man tussen beide. Hij droeg de last die door veroorzakers van leed misschien allang niet meer als last wordt gevoeld. Heling, herstel en pure goedheid, als Jezus die de hele santenkraam van destructie en eigenbelang op Zijn schouders neemt om een band te herstellen, om genezing te brengen.
De man van Morgenstond trok zijn prachtige overhemd uit om de klappen van de zweep op te vangen. Hij toonde zijn striemen, zijn bloeddoorlopen ogen. Hem trof geen schuld. En toch, tóch nam hij de schuld even op zich.
Ik keek in de ogen van Jezus. En daar kan ik niet over uit. Die ogen kan ik niet vergeten. En wíl ik niet vergeten.
De man is een visitekaartje van het hemelse leven. Waar kerken soms als dominostenen ineen storten, zijn het deze kostgangers van de hemelse Vader die fier overeind blijven en de koers bewaken. Het zijn ‘plaatsvervangers’ van Christus. Niet in een pausmobiel misschien, maar vaak stilletjes, in de verborgenheid, in de rust van de persoonlijke ontmoeting.
Met zulke mensen heeft de kerk goud in handen.
John Lapré was jarenlang actief als spreker tijdens christelijke events. Hij is werkzaam als beroepsmilitair bij het ministerie van Defensie. Klik hier om de website van John Lapré te bezoeken.
Praatmee