Ds. Hoogenboom: “Laten we in de CGK leren om goed ruzie te maken”
“Je kunt op een goede manier ruzie maken met de mensen van wie je houdt. En je kunt het beste ruzie maken als je weet: we kunnen niet uit elkaar. Laten we in de Christelijke Gereformeerde Kerken (CGK) leren om goed ruzie te maken”, zo stelt ds. D. J. T. Hoogenboom. De christelijke gereformeerde predikant uit Utrecht-West ging met Cvandaag in gesprek over eenheid binnen zijn kerkverband, eenheid met andere kerken en het bestaansrecht van de CGK. “Als in een andere kerk ruimte is om het Woord van God te verkondigen dan hebben we geen reden om niet aan te sluiten.”
U maakt onderscheid tussen een kerkverband en een vereniging. Waarom en wat is het verschil?
“Bij een vereniging kom je als mensen bij elkaar en leg je in een statuut de gezamenlijke uitgangspunten vast. Volgens de Nederlandse Geloofsbelijdenis is de kerk echter een verzameling van mensen die het Woord horen en dit in geloof beantwoorden. Zo komt in de kerk het koningschap van Christus openbaar en wordt voor de buitenwereld iets van het koninkrijk van God zichtbaar. Deze lijn zie je terug in de kerkgeschiedenis van alle kerken die op de Reformatie zijn gefundeerd.
Dit wil zeggen dat de kerk niet gebaseerd op een afspraak van mensen die het met elkaar kunnen vinden, want soms kunnen we het in de kerk helemaal niet met elkaar vinden. Als Petrus de vraag had gekregen: ‘zullen we Johannes als discipel vragen?’, zou het goed kunnen dat hij er afwijzend tegenover zou hebben gestaan. Maar wat Petrus vindt, doet niet ter zake. De Heere Jezus heeft hem nu eenmaal geroepen. Zo simpel is het. In principe hoeven we dan ook niet over de grenzen van de kerk na te denken. De enige grens is: kan het Woord van God verkondigd worden? En als die ruimte er is, is Christus aanwezig en is er dus sprake van een kerk.”
Praatmee