Nicaragua verbiedt invoer van Bijbels voor toeristen

Toeristen die Nicaragua binnenkomen, mogen geen Bijbel meer meenemen. Ook andere boeken, kranten en tijdschriften zijn voortaan verboden bij de grens. Dat blijkt uit informatie van de Britse organisatie Christian Solidarity Worldwide (CSW). Religieuze activiteiten worden in het Midden-Amerikaanse land steeds verder ingeperkt.
Bij busstations van Tica Bus in Costa Rica hangen inmiddels waarschuwingen voor reizigers richting Managua. Daarop staat dat onder meer Bijbels, boeken van welke aard dan ook, kranten, tijdschriften, drones en camera’s niet zijn toegestaan. Een vertegenwoordiger van het regionale vervoersbedrijf bevestigt dat deze regels gelden voor passagiers die naar de Nicaraguaanse hoofdstad reizen. Volgens een medewerker van het kantoor in Honduras zijn de beperkingen al meer dan een half jaar van kracht.
CSW noemt het verbod zorgwekkend. Anna Lee Stangl, directeur belangenbehartiging en leider van het Amerika-team, stelt dat het “zeer verontrustend is gezien de huidige context van onderdrukking” en roept op om het verbod op te heffen en fundamentele vrijheden te herstellen. Volgens haar laat de maatregel zien hoe de overheid de instroom van onafhankelijke informatie wil beheersen.
Al jaren neemt de druk op kerken en maatschappelijke organisaties toe in Nicaragua. Sinds april 2018 verloor een groot aantal onafhankelijke organisaties zijn wettelijke status. Het gaat om meer dan 5.000 maatschappelijke initiatieven, waaronder ruim 1.300 religieuze organisaties. Ook media werden geraakt. Door strenge douanecontroles op inkt en papier moest de onafhankelijke krant El Nuevo Diario in 2019 de deuren sluiten.
Religieuze uitingen in het openbaar zijn sterk ingeperkt. Processies zijn alleen toegestaan als ze worden georganiseerd door groepen die loyaal zijn aan de regering. In meerdere gevallen werden kerkleiders willekeurig vastgezet, onder toezicht geplaatst of in hun bewegingsvrijheid beperkt. Hun activiteiten mogen vaak alleen doorgaan met expliciete toestemming van de staat.
Kerken behoren tot de weinige instellingen die zich openlijk kritisch hebben uitgelaten over president Daniel Ortega. Tijdens de massale protesten in 2018 tegen pensioenhervormingen spraken geestelijken zich uit tegen politiegeweld. Onder hen was de protestantse voorganger Palacios Vargas, oprichter van de La Roca de Nicaragua Church Association. Een jaar later verloor ook deze kerkkoepel haar officiële status, onderdeel van een bredere juridische aanpak van geloofsorganisaties.
Internationaal groeit de kritiek. In maart trok Nicaragua zich terug uit de Mensenrechtenraad van de Verenigde Naties, kort nadat een kritisch VN-rapport was verschenen. Daarin wordt de regering beschuldigd van het systematisch afbreken van democratische structuren en het schenden van mensenrechten, waaronder godsdienstvrijheid. VN-onderzoeker Ariela Peralta zei dat de regering “in oorlog lijkt met haar eigen bevolking”. Vicepresident Rosario Murillo, tevens de echtgenote van Ortega, deed het rapport af als laster.
Volgens het CSW-rapport Total Control: The Eradication of Independent Voices in Nicaragua werden in 2024 zeker 222 gevallen van religieuze vervolging gedocumenteerd. Het ging onder meer om het annuleren van kerkdiensten, politieobservatie en verplichte wekelijkse meldingen voor voorgangers. In datzelfde jaar werden 46 religieuze leiders vastgezet, sommigen voor korte tijd, anderen langdurig.
Het verbod op het meenemen van Bijbels voor toeristen lijkt een stap te zijn in de toenemende controle van de Nicaraguaanse overheid. Mensenrechtenorganisaties waarschuwen dat zolang onafhankelijke stemmen worden geweerd, de ruimte voor geloof en vrije meningsuiting verder wordt ingeperkt.


































Praatmee