Eenheid in verscheidenheid: samen onderweg in godzaligheid
Ik begrijp de radeloosheid van velen over de redeloosheid en reddeloosheid van kerkelijke verdeeldheid, zowel interkerkelijk als binnenkerkelijk. Maar al te vaak geldt het woord van Paulus in Galaten 5:15: “Maar indien gij elkander bijt en verslindt, ziet toe dat gij van elkander niet verteerd wordt.” Niet alleen de Bijbel, maar ook de Kerk der eeuwen kan ons hier de weg wijzen.
In een brief aan Bullinger schrijft Calvijn over Luther: “Ik hoor dat Luther tenslotte niet alleen tegen u, maar ook tegen ons allen met vreselijk schelden is uitgevaren. Het is op zichzelf een zeer treurig verschijnsel dat wij, die slechts weinigen in getal zijn en aan alle kanten door vijanden bestookt worden, door een strijd in eigen boezem tegenover elkaar staan, want op een ongelegener tijdstip kon het daartoe niet komen…” (Corp. Ref. Vol. XXXIX, kol. 774).
Betrekkelijk
In ieder geval wordt een en ander betrekkelijk gemaakt door eventuele vragen te betrekken op de spoedige openbaring van het Koninkrijk der hemelen bij de wederkomst van Jezus Christus. Met het oog daarop, en op Hem, mag het een vraag zijn: “Hoedanigen behoort gij te zijn in heilige wandel en godzaligheid?” (2 Petrus 3:11).
Getekend
Wat betreft reformatorische mensen mag hun plaats op de kaart van kerkelijk Nederland vóór alle dingen opvallen door hun heilige wandel en godzaligheid. Zij begeren in hun persoonlijk en kerkelijk leven de voortzetting te zijn van het leven van de Kerk der eeuwen.




































Praatmee