Tijs van den Brink over geloof, journalistiek en hoop: "De situatie is hopeloos, maar niet uitzichtloos”

Onlangs nam Tijs van den Brink afscheid van de EO om een nieuwe weg in te slaan. Inmiddels is duidelijk dat hij de politiek in gaat en op plek 11 van de kandidatenlijst van het CDA staat. Tijd om terug te blikken, maar ook vooruit te kijken naar zijn geloof, zijn loopbaan en zijn toekomst. "Heel veel Nederlanders zijn het vertrouwen kwijt dat het de volgende generatie beter zal gaan", zegt hij in Hour of Power. "Dat vind ik eng, want als dat basisvertrouwen wegvalt, kunnen politici heel makkelijk hele groepen achter zich krijgen met loze beloften."
Zijn liefde voor nieuws is altijd groot geweest. "Ik hou ontzettend van het nieuws en van praten over het nieuws", vertelt Van den Brink. "Maar ik denk ook altijd dat het een beetje zinnig is, omdat het mensen de kans geeft om zich te verhouden tot mensen die anders denken dan zij. Uiteindelijk draagt dat bij aan goed samenleven. Dankzij televisie of andere media kom je in contact met mensen die anders denken dan jij. En dat helpt."
Hoewel hij jarenlang gesprekken leidde over thema’s die de samenleving raken, wil Van den Brink zijn eigen rol daarin niet overschatten. "Hoeveel ik zelf heb bijgedragen aan een betere samenleving, op een schaal van 1 tot 10? Dat vind ik echt een moeilijke vraag."
Geloof en samenleving
Geloof is voor hem altijd een drijfveer gebleven. "Toen ik begon bij de EO, dachten we nog: we gaan dit land veranderen. Dat is niet gebeurd. Het land is onkerkelijker en minder christelijk geworden. Dat vind ik jammer, maar ik neem het mezelf niet persoonlijk kwalijk."
Zijn persoonlijke overtuiging vat hij nuchter samen: "Ik ben iemand die van God talent heeft gekregen om dat ten dienste van de samenleving te gebruiken. En daarnaast goed te zorgen voor de mensen die aan mijn zorgen privé zijn toevertrouwd. Mijn vrouw en mijn kinderen. Als ik moet kiezen tussen carrière en gezin, kies ik voor mijn gezin."
Van den Brink groeide op in een reformatorisch gezin. "Ik heb nooit op het punt gestaan om het geloof vaarwel te zeggen", zegt hij. "Maar tussen mijn zestiende en drieëntwintigste was ik wel op zoek. Ik kom uit een reformatorisch nest en heb op een reformatorische middelbare school gezeten. Uiteindelijk paste dat niet zo goed bij mij. Daarna ging ik naar de School voor Journalistiek, en heb ik een beetje mijn plek moeten zoeken. In die jaren ben ik tot de conclusie gekomen: ik wil echt als christen door het leven. Afhankelijk van God, niet met mezelf centraal, maar de mensen om mij heen en de samenleving."
Spraakmakende gesprekken
Als presentator stond hij vaak in het midden van verhitte discussies, zoals in het programma Dit is Tijs. "Ik herinner me de uitzending met Frans Timmermans en dominee Lohuis over Israël", vertelt hij. "Dan moet je snel schakelen, want het is live. Wat ik vooral deed, was kijken: kan iemand het zelf aan of niet? Soms moet je als presentator ingrijpen, maar dat was daar niet nodig. Het echte gesprek mag best op het scherp van de snede."
Zijn serie God, Jesus, Trump gaf hem een dieper begrip van Amerikaanse evangelicals. "Wij dachten: hoe kan dit? 80 procent stemt op hem. Je kunt daarover oordelen, maar wij zijn gaan kijken en luisteren. Dat heeft mij en anderen meer begrip gegeven, ook al ben je het nog steeds niet met ze eens."
Hoop voor de toekomst
De zorgen in Nederland raken hem persoonlijk. "Veel Nederlanders zijn het vertrouwen kwijt dat het de volgende generatie beter zal gaan", zegt hij. "Dat is sinds de Tweede Wereldoorlog niet meer gebeurd. Als dat basisvertrouwen verdwijnt, kunnen politici heel makkelijk hele groepen achter zich krijgen met loze beloften. Zelf denk ik: Nederland is een paradijs. Als wij het iets minder zouden hebben, is dat geen ramp. Maar het idee dat alles slechter wordt, vind ik gevaarlijk."
Zijn hoop put hij uit zijn geloof. "Wat hier gebeurt, is niet het laatste woord. Jezus is gekruisigd, gestorven, en weer opgestaan. Dat geeft mij hoop dat er altijd een nieuw begin mogelijk is. De situatie kan hopeloos lijken, maar ze is nooit uitzichtloos. Er is altijd een weg vooruit."
Jezus als gesprekspartner
Wat als Jezus vandaag in een talkshow zou aanschuiven? Van den Brink denkt even na. "Er zijn veel vragen te bedenken en ik zou graag met Hem praten in zijn menselijke gedaante. Eén van de vragen die ik Hem zou stellen: zou het zo kunnen zijn dat God ook slechte dingen gebruikt om iets goeds gedaan te krijgen? Want in het Oude Testament lees je dat vaak. En ook vandaag zie je zoveel ellende in het Midden-Oosten. Hoe werkt God daarin?"
Zijn favoriete Bijbelverhaal sluit hierop aan. "Het moment dat Jezus een vrouw van losse zeden bij zich krijgt en zegt: ‘Wie zonder zonde is, gooi de eerste steen.’ Dat vind ik briljant. Omdat ik ook de neiging heb om snel te oordelen. Jezus doet dat niet. Hij legt iets wezenlijks bloot, en alle mannen druipen af. Fantastisch."
Wonderen en eeuwigheid
Gelooft hij in wonderen? "Ja, maar aarzelend", zegt Van den Brink. "Ik ben bang voor simplisme. Stel je gaat naar een genezingsdienst en je wordt niet genezen – wat doet dat met je? Ik ken genoeg verhalen van mensen die echt iets bijzonders hebben meegemaakt om niet te zeggen: ik geloof er niet in. Maar maak er geen wiskunde van, dan gaat het mis."
Ook over de eeuwigheid spreekt hij open. "Deze aarde zal vernieuwd worden. Alles wat niet deugt verdwijnt, maar wat met goede motieven is gedaan kan blijven bestaan. Dat geeft veel waarde aan wat wij hier nu doen. Straks zal er geen pijn, geen rouw, geen oorlog meer zijn. Het wordt een mooie wereld."
Kijk hieronder het interview terug met Tijs van den Brink in Hour of Power.
Praatmee