Hoe reageer je als christen op de zonde van een ander?
Zonde is in eerste instantie een zaak van tekortschieten in liefde, zo komt in deze columnreeks over de zonde naar voren. Als we dit begrijpen kan dat ons helpen met de vraag hoe we in het dagelijks leven omgaan met zonde.
Laten we eens kijken hoe we reageren op de zonde van een ander. Om te beginnen kunnen we dan bij onszelf waarnemen dat we allemaal een sterke neiging hebben om met de vinger naar de ander te wijzen. In mijn boek de āJezus manier; niet wijzen maar wenkenā heb ik laten zien dat Jezus het omgekeerde deed. Hij focuste nooit op wat iemand verkeerd deed, maar altijd op wat iemand nodig had. Dat moet natuurlijk ons voorbeeld zijn in de omgang met andermans zonde.
Maar dat is niet altijd makkelijk, want die neiging om direct te oordelen zit heel diep. Daarom is het belangrijk om te zien wat Jezus daarover zegt. Hij heeft het in Mattheüs 18:15 over āals een van je broeders of zusters tegen je zondigtā¦ā en dan vervolgt hij met: ādan moet je die daarover onder vier ogen aansprekenā. Dat aanspreken spreekt ons meestal wel aan, want daarin horen we dat Jezus zegt dat we iemand anders moeten wijzen op zijn fouten. Dat we iemand dus bestraffend moeten toespreken. Maar daar heeft Jezus het helemaal niet over. Dat is wordt heel duidelijk wanneer we niet alleen die losse tekst lezen, maar de hele redevoering die Jezus daar houdt.
Praatmee