Journalist Frénk van der Linden: "De Bijbel is een onwaarschijnlijk rijk boek"

Hij is een gelauwerde journalist met talloze interviews en documentaires op zijn naam en zo’n vijftien boeken. Van zichzelf zegt Frénk van der Linden: "Ik ben een nieuwsgierig mens met alle geluk van de wereld." De Bijbel noemt hij "een onwaarschijnlijk rijk boek. Neem het verhaal van Jozef. Dat zou iedereen moeten kennen."
Lees ook

Als de vijgenboom niet bloeit
Zijn geluk en zijn nieuwsgierigheid hebben alles met elkaar te maken, vindt Frénk. "Want dankzij mijn nieuwsgierigheid heb ik me kunnen verzoenen met nare dingen in mijn leven. En die eigenschap hielp me ook om voor het eerst de goede liefdesrelatie te krijgen die ik nu heb."
De aanleiding voor het gesprek met Frénk over de Bijbel is zijn nieuwste boek Romanreuzen. Daarin interviewt hij 52 romanschrijvers. Er zit een heel project aan vast, met als doel: jongeren aan het lezen krijgen. "Voor Jan en alleman geldt: we moeten “op verhaal komen”. Ieder mens moet een manier vinden om met z’n eigen leven en de wereld om te gaan. Dat doen we door een verhaal te maken over waar we vandaan komen, welke afslagen we hebben genomen en hoe we beland zijn waar we nu zijn. Er zijn geen grotere meesters van het verhaal dan romanschrijvers. Maar door ontlezing raken we dat helaas kwijt. Daarom heb ik romanschrijvers gevraagd welke boeken hún leven hebben verrijkt. Met dit boek en project hoop ik het lezen te stimuleren. Romans lezen werkt verbindend. Het draagt ongelooflijk bij aan begrip voor anderen. Je kunt je inleven in iemand uit Rwanda of Tietjerksteradeel, maar ook – tot je schrik – in bijvoorbeeld een kampbeul in Auschwitz."
Hoe ben jij met lezen begonnen?
"Dat kwam door een vriendje op de middelbare school. Ik haalde mijn eerste boeken uit de bibliotheek toen ik merkte dat ik bij dat vriendje thuis niet mee kon praten over boeken. Dat wilde ik nooit meer meemaken. Mijn eigen favoriet is het boek Hermione betrapt van de Vlaamse magisch-realistische schrijver Hubert Lampo. Dat gaat over een journalist die in Parijs een toneelvoorstelling gaat recenseren. En wat blijkt: op het toneel heeft een vrouw de hoofdrol van wie hij dacht dat ze dood was. Op z’n vijftiende had hij haar leren kennen en was er een kalverliefde ontstaan. Maar daarna had hij een rouwkaart gekregen, waarop stond dat zij was overleden – een actie van haar ouders, omdat die het niet eens waren met de romance tussen hun dochter en deze jongen. De geliefden worden alsnog heel gelukkig met elkaar, terwijl mijn ouders, toen ik dit boek las, zeer ongelukkig met elkaar waren. Ze hebben elkaar na hun scheiding veertig jaar niet gesproken. Ik omarmde Hermione betrapt omdat het in een relatie dus ook góéd kon aflopen."
Drie van jouw 52 schrijvers noemen de Bijbel hét boek dat hen verrijkte: Maarten ’t Hart, Kader Abdolah en Franca Treur. ’t Hart vindt de Bijbel "een ongelooflijke verzameling van de prachtigste geschriften". Ben je het daarmee eens?
"Zeker. De Bijbel is een onwaarschijnlijk rijk boek. Niet alleen literair, ook moreel en geestelijk."
Hoe zie jij zelf de Bijbel?
"Het is een collectie inspirerende, fantastisch vertelde verhalen. Tegelijk is het ook een bron van gruwelen, als ik denk aan passages uit het Oude Testament waarin God zou hebben opgedragen om kinderen van ongelovigen te doden. Maar wat voor mij prevaleert is dat de kernethiek uit de Bijbel – heb je naaste lief als jezelf – ook de manier is waarop ik in het leven wil staan."
Daar hoort volgens de Bijbel bij: God liefhebben. Dat is hierbij een onmisbaar element.
Frénk, tastend: "Ik ken geen persoonlijke God. Ik heb heel lang en vaak geprobeerd Hem te ontmoeten, maar dat is niet gebeurd. Ik betwijfel in hoge mate of Hij bestaat, maar ik blijf het open houden. Intussen geldt: ik vind het belangrijker wat mensen dóén dan wat ze denken of geloven. Ik vind overtuigd atheïsme net zo afschuwelijk als een hermetisch gesloten godsdienstige opvatting."
Je eerste vrouw, Lineke, is gereformeerd. Terwijl jij uit een katholiek gezin kwam.
"Lineke is een kleindochter van EO-oprichter Johan Rippen. Ik leerde haar kennen via mijn kamergenoot Gijs van Beuzekom tijdens mijn studie journalistiek. Gijs leidde een gereformeerde jeugdvereniging, die een debat over de kruisrakettenkwestie organiseerde. Daar was Lineke aanwezig. Zij heeft mij mijn moeder teruggegeven, met wie ik jarenlang geen contact wilde. Zij, met haar geloof, is één van de stemmen die mijn geweten gevormd hebben. Ik vond wel dat haar opa Rippen zich min of meer gevangen had gezet in zijn gereformeerde geloof. Dat heeft een treurige kant, vind ik. Zelf nadenken en voelen lijkt dan op te houden.
In ons katholieke gezin kreeg ik de Bijbelverhalen mee en met de feestdagen gingen we altijd naar de kerk. Ik zat op de katholieke lagere school en ging zelfs een jaar lang elke dag naar de kerk. Het aantal bijgewoonde missen werd vermeld in je schoolrapport en ik wilde het hoogste aantal scoren. De katholieke rituelen, de wierook en de gewaden boeiden me enorm. Ik vond het magisch, het was een opvoering, een verhaal waar ik naar zat te kijken.
Als tiener kreeg ik twijfels aan het instituut kerk, maar intussen zocht ik wel naar verdieping in zaken als ethiek, spiritualiteit en filosofie. En dat deed ik door naar Taizé te gaan, het klooster in Frankrijk waar elk jaar tienduizenden jongeren uit de hele wereld komen. Mijn leraar godsdienst en maatschappijleer organiseerde daar reizen naartoe voor leerlingen. Hij woonde bij ons om de hoek; ik ging vaak naar hem toe om over van alles te praten. Ik ben vier keer naar Taizé geweest. We lagen soms midden in de nacht in de kerk op de grond – of in de armen van een meisje, haha – we praatten met jongeren uit allerlei landen, we baden, zongen en mediteerden. Het ging over God, over politiek, over alles … Het was een van de allerbelangrijkste ervaringen in mijn leven."
Hoezo dát?
"Allereerst omdat ik in Taizé een sterk besef kreeg dat waarheid “perspectivistisch” is. Hoe mensen iets waarderen, hangt samen met wie ze zijn en waar ze vandaan komen. Ook heeft Taizé bijgedragen aan mijn keuze voor journalistiek. Niets is leuker, ontdekte ik daar, dan leren, jezelf ontwikkelen, het tegendeel ontdekken van wat je zelf van iets vindt. Taizé stimuleerde me enorm om overal te kijken, te luisteren, te proeven, en over alles na te denken."
Hoe vaak lees jij in de Bijbel?
"Bijna elke maand. De Bijbel is één van de belangrijke dingen in het leven. Ik heb me er intensief in verdiept, vooral toen ik ging schrijven voor het christendemocratische blad De Tijd. Christendemocraten vond ik nogal eens gelijkhebberig of hypocriet. En zij vonden mij vaak kritisch, té kritisch. Op de mavo kreeg ik een keer een keer een klap in mijn gezicht omdat ik aan een leraar – die nota bene godsdienst gaf – een vraag stelde die hem niet beviel. De les ging over de tocht van het volk Israël door de woestijn en ik vroeg me af hoe het zat met de afstand tussen Egypte en Kanaän en de lengte van die tocht. De leraar draaide om de vraag heen, daarom herhaalde ik mijn vraag. Toen werd hij kwaad. Hij vond waarschijnlijk dat ik hem voor schut zette. Maar eigenlijk ben ik zoiets als een niet-christelijke christen. Voor mijn levenspraktijk zijn de tien geboden heel belangrijk."
Heb je een favoriet Bijbelverhaal?
"De gelijkenis van de zaaier, in Marcus 4. Het is een wat ambivalent verhaal. Gaat het om de zaaier – degene die het woord uitstrooit – of over de grond, die bepaalt of het zaad wel of niet ontkiemt? En is het zaad Gods Woord, of is het breder? Ik ben zelf ook een soort zaaier en herken me daarom wel in dit verhaal. Ik hoop dat de woorden die ik zaai, iets doen. Dat ze mensen helpen om hun denkwereld te ontwikkelen, waardoor ze betere keuzes maken.
Overigens, met Jezus heb ik het heel moeilijk. Wat Hij zegt vind ik geweldig: anderen zuiver behandelen, vergevingsgezind zijn, liefde belichamen. Maar iemand de andere wang toekeren als je wordt geslagen – dat vind ik too good to be true. Als je Zelensky bent of een geallieerde soldaat in Normandië in 1944, dan moet je daar toch niet aan dénken? De perfecte goedheid van Jezus stuit me tegen de borst. Die maakt het leven soms onmogelijk. De spanning die Jezus bij me oproept, daar ben ik nog niet uit."
Welk Bijbelverhaal zou iedere Nederlander moeten kennen?
"Het verhaal van Jozef in Genesis 37 en de volgende hoofstukken. Dramatisch, boeiend en met veel humor. Hoe de broers van Jozef op hun neus kijken als die onderkoning van Egypte hun verguisde broer blijkt te zijn … Ook Gerard Reve vond het een geweldig verhaal. Een betere aanbeveling van dit verhaal is niet nodig, toch?"
Praatmee