Wat iedere christen zou moeten weten over de tabernakel (deel 2)

In het uiterste zuiden van Israël, in de buurt van de havenstad Eilat, ligt het Timna-park. In het Timnapark is de tabernakel op ware grote nagemaakt. Over de tabernakel is ontzettend veel te vertellen. Daarom hebben we er twee video’s over gemaakt.
Veel Joodse mensen vinden dat erg verdrietig. Nu kunnen ze namelijk geen offers meer brengen tot God. Dat verdriet is begrijpelijk, maar tegelijkertijd onnodig. De Heere Jezus heeft namelijk voor eens en altijd het volmaakte offer gebracht. En dat offer, dat reinigt van alle zonden! (1 Joh. 1:7).
Bekijk de video:
Wasvat
In de vorige video heb je geleerd dat je de voorhof niet mocht binnengaan zonder offer. Ook het heilige mocht je vroeger niet zomaar betreden. Voordat een priesters daar binnenging, moest hij zichzelf wassen. Alleen een geheiligd mens kon de heilige God dienen in Zijn heiligdom.
Het wassen gebeurde bij het koperen wasvat. Hoe het wasvat er precies uitzag is niet bekend. Wel weten we dat het wasvat was gemaakt van allemaal spiegeltjes. Die hadden de Israëlitische vrouwen ingeleverd voor de bouw van de tabernakel (Ex. 38:8).
Vroeger had je nog geen spiegels zoals nu. Men gebruikte toen gepolijste plaatjes koper. De spiegeltjes werden dus niet meer gebruikt om te bepalen of het haar wel goed zat, maar wezen nu op het belang om rein te zijn in de ogen van God.
Denk er eens aan als jij voor de spiegel staat: hoe rein ben ik ten opzichte van God?
Het heilige
Na de wassing mocht een priester het heilige betreden. In het heilige staan verschillende voorwerpen. Allereerst een tafel met twaalf toonbroden. Die twaalf broden vertegenwoordigen de twaalf stammen van Israël. Het hele volk wordt door die twaalf broden voortdurend bij God in herinnering gebracht.
In het heilige hing een heerlijke geur van specerijen. Die geur was afkomstig van het reukofferaltaar. Het maakt de gebeden van Israël aangenaam bij God.
In het heilige staat tenslotte de ‘menorah’, de gouden kandelaar. De menorah was gemaakt van puur goud en had zeven lampjes. Die lampjes branden dag en nacht en symboliseren de Heilige Geest van God Die voortdurend voor de gelovigen pleit bij God (vgl. Rom. 8:26).
Het heilige der heiligen
Vanuit het heilige mocht de hogepriester eenmaal per jaar het heilige der heiligen betreden. Daarvoor moest hij een groot gordijn opzijschuiven. Dat gordijn heet het voorhangsel. Toen de Heere Jezus stierf aan het kruis scheurde het voorhangsel in de tempel in Jeruzalem van boven naar beneden doormidden (Matt. 27:51). De boodschap daarvan was: door het sterven van de Heere Jezus is de weg naar God gebaand.
Het heilige der heiligen was vroeger de woonplaats van God. Er staat daar maar één object: de ark. In de ark lagen een kruikje manna, de Tien Geboden en de staf van Aäron.
Voor deze ruimte gold vroeger: streng verboden toegang. Slechts één keer per jaar, op Grote Verzoendag, mocht de hogepriester er binnengaan met een schaaltje bloed. De hogepriester sprenkelde dan wat bloed op het verzoendeksel van de ark en voor de ark op de grond.
De schrijver van de Hebreeënbrief vergelijkt het werk van de Heere Jezus met dat van de hogepriester op Grote Verzoendag (Hebr. 10:19-22). Zoals de hogepriester bloed drupte op de grond, hebben we dankzij het werk van de Heere Jezus -die Offer en Hogepriester tegelijk was- elke dag weer een verse en levendige weg tot God.
Vrijmoedigheid
De tabernakel is een prachtige tent; de wanden zijn van planken die met goud zijn overtrokken; het dak bevat vier lagen van kleden. Maar wat opvallend is, de vloer is gewoon zand. Waarom ligt daar geen mooi tapijt?
Misschien is dit een antwoord. Als je in tabernakel om je heen kijkt, zou je kunnen denken dat je al in de hemel bent. Totdat je ziet dat je nog steeds letterlijk met beide voeten op de aarde staat.
De grond onder onze voeten leert dat we nog op weg zijn; op weg naar de tabernakel zonder handen gebouwd (2 Kor. 5:1 en Hebr. 9:24). De plek waar Gods kinderen -verlost van de zonde- voor altijd in Gods nabijheid mogen verkeren.
Ken je de Heere nog niet persoonlijk? In de Bijbel staat dat we met vrijmoedigheid mogen toegaan tot de troon der genade (Hebr. 4:14-16). En dat dankzij het werk van de eeuwige Hogepriester: de Heere Jezus Christus!
Deze informatie is afkomstig uit het informatieblad dat hoort bij deze video van De Verkenners. Klik hier voor meer informatie. De Verkenners is een gezamenlijk initiatief van Steunfonds Israël / Isaac da Costa, Stichting Steun Messiasbelijdende Joden en het Centrum voor Israëlstudies.
Praatmee