Uit Amerika gezette christenmigranten vrezen voor doodstraf bij terugkeer naar land van herkomst

Christelijke mensenrechtenorganisaties waarschuwen dat enkele Iraanse christelijke bekeerlingen die recent uit de Verenigde Staten zijn uitgezet, de doodstraf riskeren als ze terugkeren naar hun thuisland. Dat meldt The Christian Post. Hun uitzetting zou in strijd zijn met internationale verdragen en haaks staan op een decreet van president Donald Trump.
Volgens Jeff King, president van de Amerikaanse organisatie International Christian Concern (ICC), bevonden zich onder de 350 migranten die vorige maand door de VS naar Panama werden gedeporteerd minstens tien Iraanse christenen. "Als ze worden teruggestuurd naar Iran, riskeren ze de doodstraf voor afvalligheid. Onder de daar geldende shariawetgeving wordt bekering tot het christelijk geloof als een zwaar misdrijf gezien", waarschuwt King.
Vervolging in Iran
Iran staat bekend om zijn harde vervolging van christenen. "Ondanks het feit dat het christelijk geloof al eeuwenlang in Iran aanwezig is, worden bekeerlingen al decennialang zwaar onderdrukt", zegt King. De Iraanse grondwet, die na de revolutie van 1979 werd aangenomen, is volgens hem een 'religieus manifest' dat de islamitische wetgeving streng naleeft.
Volgens het rapport The Tip of the Iceberg, uitgebracht door de Britse organisatie Article 18 in samenwerking met Open Doors en Christian Solidarity Worldwide, kregen christenen in Iran in 2024 gezamenlijk 250 jaar gevangenisstraf opgelegd – zes keer meer dan in 2023.
In strijd met internationale verdragen
De ICC benadrukt dat de gedwongen terugkeer van asielzoekers naar landen waar ze waarschijnlijk vervolgd worden, in strijd is met meerdere internationale verdragen, waaronder het VN-Verdrag tegen marteling. De VN-Commissaris voor de Mensenrechten stelt dat het volgens het non-refoulementbeginsel verboden is om vluchtelingen terug te sturen naar hun land van herkomst als zij daar vervolging riskeren.
De Amerikaanse overheid verdedigt de uitzettingen en stelt dat alle migranten illegaal in het land verbleven en dat niemand tijdens de procedure heeft aangegeven bang te zijn om terug te keren naar hun land van herkomst. Een woordvoerder van het ministerie van Binnenlandse Veiligheid verklaarde dat de uitzettingen 'volgens de regels zijn verlopen.'
Kritiek op het Amerikaanse beleid
Niet iedereen is het daarmee eens. Nina Shea, directeur van het Center for Religious Freedom, wijst op een decreet dat Trump in 2020 ondertekende, waarin het beschermen van religieuze vluchtelingen als prioriteit werd gesteld. "Onze asiel- en vluchtelingenpraktijken moeten zich in de eerste plaats richten op mensen die vluchten voor religieuze vervolging", stelt Shea.
Ook Tony Perkins, voorzitter van de Family Research Council, benadrukt het belang van religieuze vrijheid. "We erkennen het belang van grensbescherming, maar tegelijkertijd moeten we christenen die gevaar lopen beschermen. Zij hebben het recht op asiel."
Oproep tot actie
Christelijke leiders en mensenrechtenorganisaties roepen de Amerikaanse overheid op om Iraanse christenen beter te beschermen. "Terwijl we onze grenzen beveiligen, moeten we effectieve asielprogramma's behouden om kwetsbare gelovigen te beschermen tegen deportatie naar landen waar zij vervolging riskeren', zegt Perkins. "Dit is in lijn met president Trumps inzet voor religieuze vrijheid als hoeksteen van het Amerikaanse buitenlandbeleid."
De toekomst van de uitgezette christenen blijft onzeker. Mensenrechtenorganisaties blijven de zaak volgen en roepen op tot herziening van het Amerikaanse beleid om te voorkomen dat vervolgde christenen aan hun lot worden overgelaten.
Praatmee