Als christen kies ik voor een tatoeage (en daar ben ik trots op)
'Je mag je huid niet als uithangbord laten gebruiken voor je āmessageā. Zelfs niet als dat een Bijbeltekst zou zijn!', zo stelde dominee Yme Horjus onlangs in dit opinieartikel over tatoeages. Als trotse drager van een minuscule tattoo op mijn enkel met de tekst āPTLā (Praise The Lord) reageer ik graag op het stuk. Want, met alle respect, ik vind het toch een beetje boomerpraat.
De auteur zet zijn betoog uiteen met verschillende argumenten. Er klinkt een biologisch argument, een bijbels-theologisch argument en een ethisch argument. Overigens kan hij het in de inleiding niet nalaten om er toch even de woorden ānaziā en āTweede Wereldoorlogā in te fietsen. Deze termen zijn al aan hevige inflatie onderhevig. In een artikel over tatoeages zou het mogelijk moeten zijn om ze niet te noemen. Over het algemeen denk ik sowieso dat het in discussies al te haastig erbijhalen van de Tweede Wereldoorlog gelijk staat aan een behoorlijk aantal minpunten.
Het eerste biologische argument is wat mij betreft valide. Maar je zult moeten uitkijken om deze al te zwaar te wegen. Tegenwoordig zijn wetenschappers uitmuntend in staat om alle (gezondheids)risicoās van welk middel dan ook haarfijn uiteen te zetten. Dat is nuttig, en een mens zou goed doen om er aandacht op te vestigen, maar moet ook niet leiden tot hyperreactie. Want dan kan je net zo goed de rest van je leven in bed gaan liggen. Niet verrassend relativeert de auteur zijn eigen argument al door aan te voeren dat lopen in de zon misschien nog wel risicovoller is dan het nemen van een tatoeage. Maar toch, punt gemaakt, er zit een klein gezondheidsrisico aan een prikplaatje op je arm.
Praatmee