Dominee Jatta ziet God aan het werk in Gambia: "Moslimleider wilde christen worden"
“Ik was een puber van zestien en van rooms-katholieke huize. Ik voelde een vacuüm in mijn hart en onderzocht het christendom en de islam op de waarheid. Een neef nodigde me uit voor een jeugdbijeenkomst in zijn kerk. Vol angst en twijfel stapte ik op een dag die kerk binnen”, vertelt dominee Jatta uit Gambia. “De preek ging over de vrede die Christus heeft verdiend. De predikant preekte vol bewogenheid en zijn boodschap drong diep door in mijn hart. Daarop volgde een ommekeer in mijn leven.”
Het Evangelie voor iedereen
Na zijn opleiding op de middelbare school en verschillende Bijbelcursussen pakte dominee Jatta het evangelisatiewerk onder moslimjongeren op. “Tot ver in het binnenland van Gambia delen we het Evangelie. Ik voel me gedreven om mensen te vertellen over de Heere Jezus en hoe Hij door Zijn dood en opstanding redding heeft gebracht voor zondaren. Nu zijn de christenen nog een minderheid in Gambia; ongeveer 5 procent van het aantal inwoners. De overgrote meerderheid van de populatie hangt het islamitische geloof aan. Het is mijn verlangen dat iedereen in Gambia het Evangelie hoort.”
Doodsbedreigingen
In de loop der jaren sluiten heel wat moslims zich aan bij de kerk. Maar vaak heeft dat grote gevolgen voor hen, vertelt de dominee verder: “Ik zie hoe ze onder druk worden gezet door hun islamitische families. Ze worden het huis uitgezet, krijgen te maken met grof geweld en doodsbedreigingen. Velen bezwijken onder deze druk. Familie is in Gambia allesbepalend om te kunnen leven. Mijn hart breekt als ik zie dat sommigen hierdoor terugkeren naar de islam. Alleen krachteloze religies, gebruiken geweld tegen mensen.
In 2005 bad ik God om wijsheid wat ik kon betekenen voor deze nieuwe gelovigen die zo onder druk gezet worden. Ik kreeg de visie om hen te ondersteunen en heb ik me aangesloten bij de organisatie CCFG. Mijn droom is dat niemand zonder hulp hoeft te zijn in het lijden om het geloof.”
In de val gelokt
Samen met HVC realiseert CCFG op een geheime locatie in Gambia een compound waar verstoten christenen worden opgevangen. De eerste vijf appartementen zijn gereed. Het project blijkt te voorzien in een grote behoefte. “Nog voor de opening werden we gebeld door een man die in paniek was. Hij zocht onderdak omdat zijn islamitische familie hem verstoten heeft zodra ze hoorden dat hij christen geworden is. Gezien de hoge nood besloten we hem in een van de onafgebouwde kamers op te vangen. Na enkele dagen werd hij door zijn familie gebeld. Ze vertelden hem dat zijn zoontje een auto-ongeluk had gehad en nu in kritieke toestand in het ziekenhuis lag.”
Dominee Jatta waarschuwde de man om niet op dit verhaal in te gaan. “Ik vermoedde dat het een valstrik was en bood aan om zelf naar het ziekenhuis te gaan om poolshoogte te nemen. Maar hij luisterde niet en ging toch, gehersenspoeld door de gedachte aan zijn ‘gewonde’ kind. Maandenlang hoorden we niets meer van hem. Pas veel later belde hij mij op en vertelde dat zijn familie had gelogen. Ze hadden hem mishandeld en opgesloten in huis. Ze wilden hem dwingen weer moslim te worden, maar hij weigerde. Uiteindelijk wist hij te ontkomen en nu is hij het land uit gevlucht.”
Nieuwsgierige imam
“Het is bijzonder om te zien hoe God werkt”, vertelt Jatta. “De kerk wordt uitgebreid, er is vrucht op ons werk! Vorig jaar zag een moslimleider, imam Lamin*, mijn telefoonnummer op het bord bij onze kerk. Hij belde het nummer en we raakten in gesprek. ‘Ik ben onderzoek aan het doen en heb de Bijbel gelezen’, vertelde Lamin. Nieuwsgierig vroeg hij zich af hoe het kon zijn dat christenen zo’n bijzonder leven leiden. ‘Ze zijn meer liefdevol en meer tevreden dan moslims,’ concludeerde hij. Hij wilde ook christen worden en vroeg zich af wat er dan moest gebeuren: ‘Moet ik dan mijn haar scheren en mezelf wassen?’ Vanuit de islam was hij gewend om aan voorwaarden te moeten voldoen. Ik vertelde hem dat dit allemaal niet hoefde om christen te worden.”
Uitgescholden en verjaagd
Verschillende gesprekken tussen Lamin en dominee Jatta volgden. Dominee Jatta: “Op een donderdag kwam Lamin naar me toe. Zijn gezicht leek veranderd, hij glansde van geluk. Lamin vertelde dat hij nu een christen is. ‘Vrijdag wordt verwacht dat ik in de moskee het gebed zal leiden’, vertelde hij. ‘Maar dat wil ik niet meer.’ Ik waarschuwde hem dat de gevolgen groot konden zijn, als hij uit de moskee weg zou blijven. ‘Ik ben een trotse moslim geweest,’ antwoorde Lamin, ‘Zou ik dan nu mijn christen-zijn verbergen?’ Die vrijdag ging hij niet. Hij legde zijn volgelingen uit dat God hem bekeerd had. Ze scholden hem uit voor varken en zetten hem in zijn plunje buiten.”
Twee vrouwen
Zo komt Lamin als tweede gast op de opvanglocatie van CCFG terecht. Dit werk levert dominee Jatta soms ingewikkelde vraagstukken op. “Lamin was als moslim met twee vrouwen getrouwd. Een ervan heeft Lamin voor de rechter gesleept om van hem te scheiden. De ander woont bij hem op de compound en toont belangstelling voor het christelijke geloof. Er is wijsheid voor nodig om op dit soort vraagstukken te reageren en steeds vanuit liefde te blijven handelen.”
Op de preekstoel
John Jatta is nu dominee in dezelfde kerk waar hij als jongeling tot bekering kwam. “God verandert levens. Ik had niet kunnen bedenken dat ik ooit zelf op deze preekstoel zou staan. Meer dan ooit ben ik ervan overtuigd dat het nodig is om invulling te geven aan de grote zendingsopdracht. Op mijn beurt mag ik nu de boodschap van vrede doorgeven in een islamitisch land waar de angst en haat overheerst.”
Dominee John Jatta (42) is getrouwd met Ellen en samen hebben ze drie kinderen. Hij is bestuurslid van de Christian Care Foundation The Gambia (CCFG), een interkerkelijke partnerorganisatie van HVC die zich inzet voor evangelisatie én hulp aan vervolgde christenen in Gambia. In Nederland is HVC-werkgroep actief die zich inzet voor de realisatie van een safehouse voor de opvang van verstoten christenen in Gambia. Meer weten? Klik hier.
* Namen zijn gefingeerd
Praatmee