Ons vrijmoedig getuigenis werd in de kerk als hoogmoed beoordeeld
Er waren respectabele mensen in de kerk die zelf zeiden dat ze geen kennis van Christus hadden, maar die precies wisten āhoe God een mens bekeertā of beter gezegd: hoe Hij hen niet bekeert. Ze waren er zeker van dat er bij ons āniets van God bij wasā.
Bij bepaalde mensen kon ik de vrucht van de Geest moeilijk of eigenlijk niet ontdekken. Ik merkte niets van vriendelijkheid of zachtmoedigheid. Ik ontmoette bitse woorden uit treurige monden. De Naam van Jezus leek besmet. Ze gebruikten die zelf niet en veroordeelden het wanneer anderen deze Naam in de mond namen. Ze getuigden er openlijk van dat ze geen vrede met God hadden! Ze hadden er in het verleden weleens wat van mogen proeven, maar ze leefden nu al jaren in het donker. Ze zeiden dat ze Christus niet kenden, omdat dat een te grote zaak was. En natuurlijk is dat ook een onbevattelijk iets, maar er staat toch: āDie de Zoon heeft, die heeft het leven; die de Zoon van God niet heeft, die heeft het leven nietā (1 Joh. 5:12)?
Wil je verder lezen?
Als lid krijg je onbeperkt toegang tot cvandaag.nl
Praatmee