Dit artikel is nu opgeslagen in je
dashboard.
Bewaar artikelen in je dashboard.
Net als veel kinderen werd ik vroeger voorgelezen. We hadden van die boeken met 365 (of 366, als je geluk had) ‘verhaaltjes voor het slapengaan’. Meestal werd ik voorgelezen door mijn moeder, maar soms ook door mijn vader. Je zou het misschien niet verwachten, maar het maakte uit wie me voorlas.
Ook al waren de verhaaltjes hetzelfde (je moet me nu alleen niet vragen om ze na te vertellen, dat is te lang geleden): er was een wereld van verschil of het mijn vader was die me voorlas of mijn moeder. Mijn moeder las altijd gewoon wat er stond. Maar mijn vader, die bedacht er van alles bij. Om te kijken of ik meelas, denk ik, zodat ik hem steeds moest onderbreken en corrigeren.