Cultuurchristendom is een bedreiging voor Nederlandse kerken
Ik zal nooit vergeten hoe een Thaise actrice op haar trouwdag een vraag van een journalist voorgeschoteld kreeg. Een paar weken daarvoor was ze gedoopt. Ze was bekend geworden als de ‘heks’ uit een populaire soapserie, die alles en iedereen het leven moeilijk maakte. ‘Hoe ga je dat nou doen voor je man?’, vroeg de journalist. ‘Ik ga zijn leiding volgen, want in de Bijbel staat dat ik dat moet doen, en ik ga veel van hem houden, want God zegt dat je niet mag scheiden, dus ik zit voor mijn hele leven aan hem vast.’ In Thailand klinken deze woorden uit de mond van een bekende actrice niet veel minder schokkend dan in Nederland.
Wat me opviel was de volkomen onbevangenheid waarmee ze dit zei. Daar heb ik nog vaak over nagedacht. Waar kwam die onbevangenheid vandaan? Ik denk dat ik het weet. In Thailand is minder dan een procent van de bevolking christen. Als een gemiddelde Thailander hoort dat iemand christen is, reageert hij heel vriendelijk en vaak zelfs belangstellend. Maar in het achterhoofd is ergens een gedachte variërend van ‘die is vreemd!’ tot ‘die is gek!’. Iedereen die christen wordt- en een meerderheid van de Thaise christenen is een christen van de eerste generatie- heeft de kosten berekend. Ze zijn tot de conclusie gekomen dat wat Jezus te bieden heeft, opweegt tegen de kosten van een buitenbeentje te zijn in de maatschappij.
Marten Visser vindt cultuurchristendom een bedreiging. Terecht?
Wil je verder lezen?
Als lid krijg je onbeperkt toegang tot cvandaag.nl
Praatmee