Vrouw schopt 'afgodsbeeldjes' omver bij tentoonstelling: "Er is maar één God!"

Een opvallend incident bij een tentoonstelling in Maarssen. Daar vernielde een vrouw een kunstwerk omdat het bestond uit afgodsbeeldjes. “Er is maar één God, maar één Jahweh”, riep de bejaarde vrouw terwijl ze de beeldjes van de godin Asjera omver schopte. Ze werd gearresteerd. Op X wordt verwezen naar het Bijbelse verhaal van Gideon: ‘Als hij een god is, laat hij het voor zichzelf opnemen!’
Het incident vond plaats op de Exodus-tentoonstelling van het Bijbels museum. Dit museum kent gaan vaste plaats, maar trekt het land door met tentoonstellingen op verschillende plaatsen. De betreffende tentoonstelling bevat een kunstwerk dat bestaat uit ongeveer 2000 beeldjes van de vrouwelijke godheid Asjera, door christenen en joden gezien als een afgod. Marieke Ploeg, de kunstenaar die het maakte, wilde met de boodschap afgeven dat in het oude Israël niet alleen Jahweh, maar ook Asjera werd vereerd. Daardoor concludeert ze onder meer dat de God van de Bijbel niet “puur mannelijk” is, schrijft Trouw.
Maar daar bleek dus niet iedereen het mee eens te zijn. De tentoonstelling, die tot en met zondag liep, werd vrijdag ruw verstoord door een bejaarde vrouw. Ze loopt dwars door de afgodsbeeldjes heen en schopt ze omver. “Er is maar één God, maar één Jahweh”, roept ze vlak voordat ze het kunstwerk begint te vernielen. Om daaraantoe te voegen: “Alles moet kapot.”
De vrouw werd door de toegesnelde beveiliging ingerekend en overgedragen aan de politie. Het museum, de locatie en de kunstenaars deden gezamenlijk aangifte. De vrouw kreeg een dagvaarding en zal zich later moeten verantwoorden.
Ook predikant dr. Marten Visser kreeg het nieuws mee. Op X reageert hij op ludieke wijze door te verwijzen naar het Bijbelse verhaal van Gideon die een afgodsbeeld vernielde. Woedende mannen meldden zich vervolgens bij Joas, de vader van Gideon. Ze eisten dat hij Gideon zou overleveren en vonden dat hij moest sterven omdat hij het afgodsbeeld had vernield. ‘Wilt ú het voor de Baäl opnemen?’, reageerde Joas. ‘Moet ú hem verlossen? Wie het voor hem opneemt, zal nog deze morgen worden gedood. Als hij een god is, laat hij het dan voor zichzelf opnemen, omdat men zijn altaar heeft afgebroken.’
Praatmee