Liz Berghuis werd seksueel misbruikt door haar vader en psychiater: "Ik schuilde bij God"

Liz Berghuis (74) heeft een heftig levensverhaal. Zo werd ze lange tijd door haar vader seksueel misbruikt. Ook een psychiater, die haar juist had moeten helpen, verkrachtte haar. Toen ze voor het eerst aan een vertrouwenspersoon op school haar misbruikverhaal deed, werd haar gesommeerd āhaar mond te spoelenā. Liz vertelde afgelopen zondag bij Hour of Power hoe God temidden van al die ellende, een Schuilplaats voor haar is geweest.
Het begon allemaal toen Liz en haar gezin verhuisden van Leiden naar Groningen, ze was toen zes jaar oud. āAls kind overkomt het je. Ergens in de diepte ervaar je dat papa je pijn doet, maar je houdt ook van hem. Het seksueel misbruik heeft tot mijn trouwen geduurd. Maar hij misbruikte mij ook geestelijk, het ging hand in hand. Aan de buitenkant waren we het perfecte gezin, we gingen netjes naar de kerk. Maar thuis ging mama thee zetten en ik ging naar een āgeheime slaapkamerā, waar niemand zag wat voor verschrikkelijks daar gebeurde. De twee oudsten mochten dan niet uit bed komen. Voor hen was dat ook heel erg, want ik was het jongste kind en ik werd āverwendā. Maar ik verwende papa.ā
Pas op latere leeftijd begrijpt Liz steeds beter wat er van haar gevraagd wordt. āAls je het niet deed, dacht je dat je het er niet levend vanaf zou brengen. Het was heel dubbel. Mijn moeder was ook slachtoffer. Achteraf gezien waren we allemaal slaven van hem. Als ik erg goed mijn best deed in bed, hadden we allemaal een goede dag. Dat begon ik toen ik ouder werd door te krijgen. Ik moest goed mijn best doen want dan was hij vrolijk en blij. Dat was voor het hele gezin winst. Je durft als kind niks te zeggen. Je wilt je vader ook niet verraden.ā
Trauma
Wanneer Liz op de middelbare school de moed bij elkaar geraapt heeft om een vertrouwenspersoon te spreken over de situatie waar ze in zit, komt ze van een koude kermis thuis. āJe mag alles tegen zo iemand zeggen, ook wat je hoog zit. Toen ik zoān 12, 13 jaar oud was voelde ik dat het niet meer klopte en dus ging ik naar de rector. Met bonzend hart. Hij zei maar een ding: āSpoel je mond met zeep en ga je handen wassen. Ik wil je hier niet meer zien.ā Toen koos ik ervoor om het nooit meer aan iemand te vertellen. Maar als je dat doet gaan dingen scheef groeien.ā
Doordat Liz op een gegeven moment een auto-ongeluk krijgt, wordt ze op een bijzondere manier stilgezet bij haar trauma en vraagt ze toch weer om hulp. Iets wat ze als Gods leiding bestempeld. āIk kwam door het ongeluk in het ziekenhuis terecht en de artsen daar zeiden: āMevrouw, als u straks weer beter bent moet u echt iets gaan doen, want de nachtmerries die u heeft zijn zo erg. Voor u en voor uw medepatiĆ«nten. āOhā, zei ik. Ik was mij er niet eens van bewust. Je went kennelijk aan alles. Het hoort bij je. Maar zo ben ik dus bij een psychiater terecht gekomen.ā
Ook daar wordt Liz weer slecht behandeld en seksueel misbruikt. Ze komt er steeds meer achter hoe haar gebrokenheid in elkaar steekt en dat ze last heeft van een dissociatieve identiteitsstoornis. āDat houdt in dat je in verschillende entiteiten uit elkaar valt. Mijn man, Antonio, was de eerste die daar achter kwam. Hij zei: āHet lijkt wel of ik met tachtig verschillende vrouwen getrouwd ben.ā Soms wilde ik om twaalf uur ās avonds opeens nog naar de kroeg. Dan ging hij uiteindelijk toch weer mee, die lieverd. Het is echt een schat. Van hem ontving ik ook negen kinderen. Ik heb leven tegenover de dood gezet, overwinning tegenover lijden. God ontfermt zich over lijden.ā
Leugens
Toch lukt het Liz haar leven lang niet om haar vader met zijn daden te confronteren, al probeert ze dat wel. āHet ging andersom. Daders gaan in hun eigen leugens geloven, dat staat zelfs in de Bijbel. Mijn vader dacht dat hij deze dingen voor mij had gedaan. Toen hij op zijn sterfbed lag wilde ik hem nog heel graag dag zeggen. Maar hij zei tegen de dokters: āNee, zeg haar maar dat ik het haar vergeefā. Dan krijg je weer een klap. Ik wilde hem nog over de Heere Jezus vertellen.ā
Liz kon haar vader uiteindelijk, ondanks haar boosheid, in haar hart vergeven. En ze getuigt van Gods helende liefde. āIk heb God altijd bij mij gehad. Ik ging schuilen bij Hem. Ik zat soms alleen in een kerkje waar Jezus aan een kruis hing. Hij luisterde dan, terwijl ik daar in mijn eentje zat. Ik geloofde altijd al dat God een vaderfiguur was die de hele wereld in zijn hand hield. Dat geloofde ik meteen. God gaat naast mensen staan. In je ellende begint hij vervolgens ook nog met bouwen.ā
Praatmee