cip.nl is nu cvandaag.nl
Start gratis maand
Dr. N. C. Smits
Dit artikel is nu opgeslagen in je dashboard.
Bewaar artikelen in je dashboard.

God

03 oktober 2022 door Dr. N. C. Smits

CGK-gemeenten met vrouwen in het ambt vermanen kan alleen vanuit innerlijke overtuiging

Tijdens de recente generale synode van de Christelijke Gereformeerde Kerken (CGK) werd besloten dat gemeenten die vrouwelijke ambtsdragers toelaten, moeten worden vermaand. Inmiddels hebben diverse gemeenten bezwaar ingediend (revisie aangevraagd). Normaal gesproken heeft revisie een ‘opschortende werking’. Maar de opdracht tot vermaan blijft in dit geval wel degelijk staan, aldus het Christelijk Gereformeerd Beraad (CGB). Hebben zij een punt?

cvandaag Premium logo

Dit artikel is je cadeau gedaan door cvandaag Premium lid Jeffrey Schipper.

Word ook lid

Als er niet zoveel pijn in doorklonk zou het het een interessante kerkrechtelijke casus zijn. Zelfs kerkrechtdeskundigen ds. Quant en prof. dr. Selderhuis zijn het er niet over eens in hoeverre die stelling nu precies klopt.

Misschien helpt het om het vanuit het perspectief van een ‘middengemeente’ te bekijken: een gemeente die van harte loyaal wil zijn aan het kerkverband en daarom de ambten (nog) niet openstelt, maar die tegelijk begrip kan opbrengen voor gemeenten die de ambten wel hebben opengesteld. Zulke gemeenten zijn er veel en voor hen is het een hele worsteling om in de huidige crisissituatie wijsheid te vinden.

Vermanen is echter niet zomaar iets. Het betekent dat er iets gezegd moet worden als: 'Jullie zijn op een verkeerde weg, naar serieuze geestelijke problemen.'

Verkeerde weg
Deze gemeenten hebben van de synode de opdracht meegekregen om in hun classis ‘geduldig en in liefde het gesprek aan te gaan en vermaan (vanwege zonde tegen ten diepste de liefde) toe te passen als kerken op het gebied van “vrouw en ambt” eigen wegen gaan’ (besluit 3). Op zich een duidelijke opdracht. Neem royaal de tijd, maar tegelijk mag van uitstel geen afstel komen. Wanneer het geduld niet leidt tot het terugdraaien van de betreffende besluiten moet er uiteindelijk vermaan worden toegepast.

Vermanen is echter niet zomaar iets. Het betekent dat er iets gezegd moet worden als: ‘Jullie zijn op een verkeerde weg, naar serieuze geestelijke problemen. Hier op aarde tussen ons als kerken onderling en bovendien voor Gods aangezicht in de hemel. Keer terug van deze weg en kies de weg van gehoorzaamheid ten leven.’

Vervolgens geldt bovendien het principe: wie A zegt moet als dat geen effect heeft ook B durven zeggen. Dan moet de classis er vanuit dezelfde bezorgde liefde consequenties aan verbinden. Er is discussie over wat die precies zijn, maar dat het schokkend zal zijn staat vast: het verminderen of verbreken van de onderlinge band of het dragen dat een kerkenraad in zonde leeft.

Voluit gereformeerd
De synode heeft dus een zeer verstrekkende opdracht gegeven, met onoverzienbare gevolgen. Tegelijk heeft de synode echter nog iets anders gezegd, en juist dit kan ervoor zorgen dat middengemeentes vastlopen. In besluit 5 spreekt de synode namelijk uit: ‘dat broeders en zusters die op het punt van “vrouw en ambt” een visie hebben die afwijkt van de synodale besluiten, hun plaats in de kerken voluit kunnen blijven innemen, maar dat van hen verwacht mag worden dat zij zich voor de kerkelijke praktijk voegen naar de besluiten van de synode’. Met andere woorden: je mag het wel vinden, maar je mag het niet doen. Je kunt voluit deel uitmaken van de CGK, voluit gereformeerd blijven en het strijdt niet met het oprecht wandelen voor Gods aangezicht om voor de openstelling van de ambten te zijn. Het gaat pas mis als kerkenraden het ook in praktijk brengen, omdat dat ingaat tegen de onderlinge afspraken en beloften.

De zogeheten ‘opschortende werking’ is ingesteld om precies voor dit soort gewetensconflicten en gevoelens ruimte te creëren.

Maar als dit zo is, wat is dan eigenlijk de basis van vermaan? ‘Zonde tegen ten diepste de liefde’, aldus besluit 3. Maar als een middengemeente zich eigenlijk helemaal niet zo liefdeloos behandeld voelt? En er begrip voor heeft?

Het is op dit punt dat middengemeentes revisie hebben aangevraagd. Ze willen het niet op hun geweten hebben om de band met zulke volwaardige, voluit gereformeerde broeders en zusters te verbreken, terwijl ze weinig basis ervaren voor vermaan. Dus vragen ze om het besluit te herzien.

De zogeheten ‘opschortende werking’ is ingesteld om precies voor dit soort gewetensconflicten en gevoelens ruimte te creëren. Wanneer er bezwaar is tegen een bepaald besluit word je niet gedwongen het uit te voeren maar krijg je ruimte om je bezwaar in te dienen en te laten beoordelen. Tot die tijd hoef je niet tegen je eigen geweten in te handelen. En na die tijd is D.V. de spanning opgelost: hetzij omdat je dan bent overtuigd van de juistheid van het besluit, hetzij omdat het besluit wordt herzien. Dit is het vrolijke vertrouwen dat we als kerken mogen hebben, omdat onze Heere heeft belooft dat zijn Geest ons in alle waarheid zal leiden en dat wie zoekt zal vinden.

Kans van slagen
Nu stelt het Christelijk Gereformeerd Beraad (CGB): 'Het besluit van 2022 wordt inderdaad opgeschort door de revisieverzoeken die inmiddels zijn ingediend. Dat betekent evenwel niet dat er niet vermaand hoeft te worden. Nu het huidige besluit opgeschort is, geldt het vorige besluit van 1998 en 2001 dat in 2013 en 2016 is bevestigd.’ Dat is op zich een begrijpelijke redenering. Alleen het punt is dat in deze vorige besluiten nog geen opdracht tot vermaan stond, zoals nu in besluit 3. Nu pas is expliciet uitgesproken dat het ‘op zichzelf reden is voor censuur over ambtsdragers’ (besluit 4). Destijds waren er nog geen gemeenten die de ambten openstelden, dus de kwestie van vermaan speelde nog niet. Dat is toch echt een eigen (‘primair’) besluit van de synode van 2022 geweest, omdat er zoveel discussie over ontstond. Het is dit besluit dat nu is opgeschort.

Een tussenweg zou kunnen zijn dat alleen die gemeentes die zich echt liefdeloos bejegend voelen beginnen aan een geduldige weg van vermaan.

Een tussenweg zou kunnen zijn dat alleen die gemeentes die zich echt liefdeloos bejegend voelen beginnen aan een geduldige weg van vermaan. Maar voor de gemeentes die deze overtuiging niet delen is er de opschortende werking. Zij hoeven niet mee te doen. Vermaan heeft immers alleen kans van slagen als het met overtuiging gebeurt. En om dat ‘slagen’ gaat het toch uiteindelijk iedereen?

Van deze kerkenraden mag overigens wel verwacht worden dat ze intens meeleven of het conflict tussen de anderen wordt bijgelegd. Als twee leden aan elkaar lijden, kan het derde lid niet werkeloos toezien maar lijdt het dáár aan.

De kwestie is zo ingrijpend, veelomvattend en complex dat we terrein betreden waar geen pasklare kerkrechtelijke routekaart voor is. Aan de classes de moeilijke taak om (met behulp van een taakgroep die de synode gelukkig heeft ingesteld) door dat terrein een weg ten leven te vinden.

Dr. N. C. Smits is predikant van de christelijke gereformeerde kerk in Purmerend. Tijdens de recente generale synode van de CGK was hij rapporteur van het minderheidsrapport.

cvandaag Premium logo

Christenen die meer diepgang willen kiezen voor cvandaag Premium

Je las net een gratis cvandaag Premium artikel. Meld je aan en start je gratis maand.

Start je gratis maand

CGK-crisis
- Classis Zwolle geeft noodsignaal af: hoe nu verder in CGK? Prof. dr. Selderhuis antwoordt
- Behoudende CGK-predikanten willen vuist op tafel: 'Verdere stap naar faillissement CGK is gezet'
- Moeten synodebesluiten in CGK wel of niet worden opgeschort?
- Twee CGK-gemeenten vermanend toegesproken vanwege vrouwelijke ambtsdragers
- CGK-predikant legt uit waarom ‘vrouw in ambt’ geen achterhoedediscussie is
Meer over CGK-crisis »

Praat mee

Alleen cvandaag Premium leden kunnen reageren op artikelen. Word ook cvandaag Premium lid, praat mee en geniet van nog veel meer voordelen!
Bekijk alle voordelen Inloggen

Reacties

Hoe zou God er Zélf nou tegen aankijken als een vrouw Zijn woord brengt, of dat nou op straat, thuis of in de gemeente is?

Wat voor verschil zou er inhoudelijk zijn tussen een man die Gods woord brengt of een vrouw?

Als vrouwen wél mogen profeteren (wat ze nou juist weer níet doen ... ), geven ze toch ook de woorden van God door?

Het probleem is dat men bepaalde voorschriften van Paulus verabsoluteert en deze niet plaatst tegen hun maatschappelijke context van toen.

Zo zoekt men weer de dingen van beneden en niet die van boven!