Dit artikel is nu opgeslagen in je
dashboard.
Bewaar artikelen in je dashboard.
Het begin… het is donker op aarde. Het water klotst, als het vruchtwater in de baarmoeder. Gods scheppende Geest danst door de duisternis, maar Hij is alleen. Hij kan nergens een danspartner vinden.
Dan verschijnt er ten midden van de duisternis een lichtje op het toneel. Het is Adam, de mens. Vanuit dit lichtje komt een ander lichtje: Eva, de vrouw. Na een tijdje zien we nog twee lichtjes. Eentje gaat plotsklaps uit. De ander wordt dim. Dan is daar een derde lichtje. Lichtje na lichtje verschijnt. Als een miezerig bergstroompje druppelen de lichtjes achter elkaar. Uiteindelijk komen we uit bij Haran. Nu gaat Abram als lichtje op reis. Het stroompje begint te vloeien. De rivier kan gaan groeien. Eerst heel langzaam, totdat het momentum krijgt en het een krachtige rivier van licht wordt. Op en neer, soms heel diep, dan weer breed. Soms bijna opgedroogd, dan voor lange tijd weggestroomd. Uiteindelijk wordt er in deze rivier van licht ten midden van een duistere aarde een groter licht geboren. Het kan nu echt gaan beginnen.