De conservatief christelijke Falwell trad drie jaar geleden zelf af als directeur van Liberty University na een seksschandaal. De universiteit werd in 1971 door zijn vader gesticht en Falwell jr. vindt nu dat er geprofiteerd wordt van "het merk en de religieuze diensten" die de universiteit verleent. Volgens Falwell gebeurt dat zonder "toestemming van het Dr. Jerry L. Falwell Family Trust". 

De rechtszaak is op 13 september aangespannen en de aangeklaagden zijn op dit moment zijn broer Jonathan Falwell en voormalig directeur Jerry Prevo, die hem verving op interim-basis. Volgens Falwell hebben deze twee mannen zijn seksschandaal gebruikt om de controle over de universiteit van "hem te ontworstelen". De christelijke universiteit vertegenwoordigt een geschatte waarde van 3,5 miljard euro.

Volgens de aanklacht die door de advocaten van Falwell is opgesteld 'verrijkten de nieuwe leidinggevenden zich met tonnen die ze via donaties overmaakten aan zakenpartners'. Franklin Graham, oprichter van Samaritan's Purse zou een van die zakenrelaties zijn.

Donaties
'Wij geloven dat Franklin Graham de belangrijkste adviseur van Prevo is. In juni betaalde Liberty 200.050 dollar aan Samaritan's Purse, in datzelfde jaar nog eens 200.000 dollar aan Hope Partners International, hier heeft Kirk Nowery de leiding, de voormalig uitvoerend directeur bij Samaritan's Purse. Het jaar daarop betaalde Liberty de organisatie nog eens 414.960 dollar. Volgens onze informatie en overtuiging ontving Hope Partners deze donatie dankzij de nauwe banden met Prevo en Franklin Graham', aldus de aanklacht.

Franklin Graham bevestigt de vriendschap met Prevo aan de Christian Post, maar hij meent dat er geen 'schimmige deals' zijn gesloten. Hij noemt Liberty verder 'een geweldige school' en zegt dat Liberty een van de vele duizenden donateurs van Samaritan's Purse is. 'Zo heeft Liberty met haar gift bijgedragen aan de meer dan 100 miljoen kilo voedselpakketten die we aan het begin van de oorlog in Oekraïne hebben verzorgd. Ik prijs Prevo voor het weer op de rails krijgen van de universiteit en haar visie om helden voor Christus op te leiden.'

Verder wordt de broer van Falwell, Jonathan Falwell, in de aanklacht beticht van het aannemen van financiële voordelen en het laten bouwen van een grote villa met zwembad op kosten van de universiteit. Ook zou Jonathan vijf van zijn kinderen banen gegeven hebben binnen de universiteit.

Falwell die op zijn beurt ooit ook een baan kreeg op de universiteit van zijn vader, beschuldigt het bestuur van de universiteit er tevens van niet consequent te handelen op het gebied van seksschandalen. Zo zouden andere leidinggevende binnen de school ook in opspraak zijn geraakt vanwege seksueel wangedrag, maar hingen daar niet dezelfde consequenties aan als voor hem.