Gabriƫlle leerde dat God niets van haar eiste: "Al mijn angst werd van tafel geveegd"
GabriĆ«lle Dik-Agteres liep volgens de dokters fatale hersenschade op tijdens haar geboorte, ze zou het niet gaan halen. Haar moeder behield echter een ārotsvast geloof in Godā en ook haar oma bidt op dat moment vurig voor herstel van de kleine GabriĆ«lle. Ze geneest op wonderbaarlijke wijze. Toch heeft GabriĆ«lle daarna 25 jaar lang last van angst. Ze vertelde er onlangs bij Hour of Power over.
āIk groeide op als een heel gevoelig meisjeā, begint GabriĆ«lle haar verhaal. āTijdens die jaren ontwikkelde ik een angst voor God. Want ik was wonderbaarlijk genezen en had het idee dat ik iets terug moest doen voor God. Ik was niet zomaar genezen en God had vast een speciaal plan voor mij. Dat hoorde ik in die tijd ook veel. Mijn vader was voorganger van een evangeliegemeente en ik ging veel naar christelijke conferenties waar je over dat plan en doel voor je leven hoort.ā
GabriĆ«lle denkt dat Gods plan voor haar leven āvast iets is wat ze zelf niet wil". GabriĆ«lle vertelt: āIk dacht bijvoorbeeld dat ik naar India zou moeten vertrekken als zendeling, of het klooster in moest. Veel mensen zitten in diezelfde kramp. Je denkt dat God iets van je eist, dat Hij liefde is maar ook rechtvaardig. Hij verlangt dingen van je en je moet zorgen dat het wel goed blijft gaan tussen jou en God. Er zijn veel mensen die daardoor in een soort kramp terechtkomen.ā
Zwarte boompjes
Ze stapt vervolgens naar een coach om haar te helpen met de angst en kramp die ze zelf ervaart. āZij zei tegen mij: āJe weet dat God geen eisende God is, dat weet je met je verstand. Maar als jij niet besluit om je gedachten daarover te veranderen, dan kan ik jou niet helpen.ā Ze vertelde mij over dr. Caroline Leaf, die 25 jaar lang heeft bestudeerd wat gedachten met je brein doen. Negatieve gedachten maken een soort zwarte boompjes aan in je hersenen, letterlijk. Die zwarte vlekken zetten de deur open voor depressiviteit, angst en ziekte. De sleutel lag in mijn handen, vertelde die coach mij. Toen heb ik het uitgeschreeuwd naar God om mij te helpen.ā
Even later leest GabriĆ«lle in een boek van James Jordan over het Vaderhart van God. āIn Jesaja vraagt God: āWie zal ik zenden, wie zal voor mij gaan?ā Jordan vertelt dat God die vraag stelt omdat hij mensen nooit wil dwingen. God wil dat we bij Hem betrokken zijn, maar Hij zal ons nooit forceren. Hij wachtte op Jesajaās vrijwillige keuze. Vervolgens stond er in het boek: āAls je het idee hebt dat God iets van je eist, dan kun je er vanuit gaan dat dat niet God is.ā God raakte mij op dat ogenblik ontzettend. Ik heb toen alleen maar gehuild, ineens viel het kwartje. Al mijn angst werd van tafel geveegd.ā
In haar gesprekken als presentatiecoach hoort GabriĆ«lle ook nu nog veel christenen die zeggen dat ze āergens nog niet zijnā, dat ze ānog moeten worden wie ze zijnā. Maar volgens de schrijfster van het boek āJe bent het al!ā, gaat leven voor God anders in zijn werk. āIk zie heel veel onzekerheid om mij heen, mensen durven zich niet te presenteren. Maar God is onvoorwaardelijke liefde, daar zijn ook heel veel teksten van te vinden in de Bijbel: āJe bent een nieuwe schepping, je bent Gods kind.āā
Praatmee