Tot en met moment waarop Jezus stierf heeft Hij aan die overtuiging vastgehouden.
God was Zijn Vader en Hij was de Zoon.
Opvallend is hoe Jezus in de laatste uren van zijn leven steeds spreekt over Vader. In Getsemane sprak hij God met de naam Vader aan: ‘Vader indien het mogelijk is laat deze beker aan mij voorbij gaan’, bad Hij.
Aan het kruis bad Hij opnieuw hardop tot God als Zijn Vader voor hen die de kruisiging uitvoerden: ‘Vader vergeef het hun want zij weten niet wat zij doen.’
Toen hij een aantal uren later stierf, stierf hij opnieuw met de naam van zijn Vader op de lippen.
Jezus heeft niet gevloekt. Ook niet gescholden, maar gebeden aan het kruis.
Te midden van alle pijn hield Hij vast aan Zijn Vader. Sprak Hij met zijn Vader.
In de lijdensweken vragen we aandacht voor wat Jezus heeft gedaan.
Door Jezus wil God ook jouw Vader zijn.
Hij is ook bij ons in het diepste lijden.
Ds. Arie van der Veer deelde op zijn Facebookpagina bovenstaande woorden naar aanleiding van Lukas 23:34 en onderstaand lied:
