De hervormde predikant uit Papendrecht noemt de uitspraken van Van de Kieft "teleurstellend". "Als we door de doop nog niet in het verbond zijn opgenomen, dan hebben we namelijk niets om op terug te vallen en blijven we altijd in onzekerheid aangaande Gods beloften. Waar moeten we dan naartoe met onze zonde? (...) Een verkeerd zicht op de doop kan zelfs tot onverschilligheid leiden. Immers, wanneer we door de doop nog niet in het verbond zijn opgenomen, leven we nog los van God en waarom zouden we Hem dan gehoorzamen?"

Bijl stelt dat vanuit de doopvisie van de GGiN Gods verbondbelofte niet serieus wordt genomen. "De gedachte dat het verbond pas werkelijkheid wordt als we wederom geboren zijn, past meer bij de volwassendoop dan bij de kinderdoop", voegt de predikant toe. Hij benadrukt dat de doop en de daarbij behorende verbondsbelofte niet betekent dat iedereen met een gedoopt voorhoofd zalig is. "Omdat er een verbond is, ligt er een enorme klem op ons hart of we God door geloof en bekering dienen en liefhebben. Als we Hem niet gehoorzamen, dan zal de zegen van het verbond eens een vloek zijn."

Via Twitter uitte ook ds. F. W. van der Rhee kritiek op de doopvisie van de GGiN: "'Alleen door wedergeboorte komt iemand in het verbond'. Hoe valt dat Bijbels te onderbouwen? Hoe kun je dan nog tooien met het woord 'gereformeerd' in je naam? (...) Wedergeboorte is het werk van de Geest, die levend maakt. Gods beloften krijgen inhoud en betekenis. Dus inderdaad oorsprong in de toegezegde belofte. Maar eigen gemaakt door het werk van de Geest. Er is dus in die zin iets buiten de belofte/toezegging. Anders: verbondsautomatisme", aldus de christelijke gereformeerde predikant uit Veenendaal.

In het verleden beantwoordde ds. C. den Boer (overleden in 2019) in de vragenrubriek van Refoweb.nl een vraag over het genadeverbond. Zijn antwoord: "Dat elk gedoopte een kind van het verbond mag heten, houdt in, dat het ‘heilig’ is; dat is: aan de Heere gewijd en door Hem apart gezet. De Heilige Geest wil de weldaden van het verbond die we verbondsmatig in Christus hebben, ook toepassen (bekering en geloof in ons werken). Dat is nodig. En ook dat belooft de Heere te geven aan ieder die daarom verlegen is. Pleit daarop. In dat licht moet u de opmerking lezen, dat God niet elk gedoopt kind ook werkelijk zalig maakt. Daarvoor is nodig: bekering en geloof."

Lees het volledige commentaar van ds. Bijl in het Reformatorisch Dagblad.