Moeilijke Bijbelteksten: Waarom is de aarde vormloos geschapen?
In de serie Moeilijke Bijbelteksten behandelt Bijbelleraar Marco van Putten in korte artikelen onderwerpen uit de Bijbel die moeilijk worden gevonden. Dit artikel gaat over de vraag waarom Genesis 1:2 stelt dat de aarde vormloos is geschapen en of dit te maken kan hebben met de oorlog tussen God en satan.
De eerste drie verzen van het Bijbelboek Genesis lijken niet helemaal vlot te lopen en niet over hetzelfde te gaan. Het eerste vers kondigt aan dat God de Schepping in twee onderdelen –hemel en aarde– schiep. Dat is op zichzelf positief nieuws. Het vers beantwoordt ook de vraag waar de Schepping vandaan komt en het drukt Gods almacht uit. Het tweede vers is echter nogal somber en duister. Het is veel langer en staan in groot contrast qua duidelijkheid met het voorgaande vers. Vooral ook omdat het derde vers lijkt te gaan om een reparatie van die sombere en duistere wereld die vers 2 beschrijft.
‘Gap’-theorie
In het tweede vers staan oude Hebreeuwse woorden zoals ‘tohoe’ en ‘bohoe’. Die woorden gaan over de staat van de aarde meteen nadat het ontstond. Maar of het werkelijk die beginstaat beschrijft is niet zeker. Geleerden hebben de zogenoemde ‘Gap’-theorie ontwikkeld. ‘Gap’ is het Engelse woord voor gat of onbekende tijdsperiode. Het drukt een vermoeden uit dat er na de Schepping (vs 1) iets is gebeurd waardoor vers 2 zo somber en duister is. Er wordt gedacht aan de rebellie van satan tegen God en de gevolgen ervan, die elders in de Bijbel beschreven zijn. De Schepping zou door hun gevecht schade hebben opgelopen, waarna God satan op de aarde wierp (Op 12:4). Dat zou dan een uiterst interessant en zelfs spectaculair begin van het Bijbelboek Genesis betekenen. Het zou ook verklaren dat satan in de hof van Eden was (Gn 3:1).
De Gap-theorie maakt het overigens ook mogelijk te veronderstellen dat de aarde miljoenen of miljarden jaren oud is, want zolang zou de ‘gap’, de duur van de oorlog tussen satan en God, geweest kunnen zijn. De theorie wil ook het ‘probleem’ oplossen dat God van aanvang de Schepping perfect had geschapen en dat het niet nodig was om het verder vorm te geven. Dat dit toch nodig was blijkt vanaf vers 3. De oorspronkelijk perfecte vorm zou beschadigd zijn geraakt.
Problematische zaken
Er zijn echter problemen met deze Gap-theorie.
1. De hemel blijft buiten schot
Vers 2 en alle opvolgende verzen die de Schepping behandelen gaan niet over de hemel. Maar als er zich al een oorlog heeft voltrokken tussen satan en God dan toch eerst in de hemel. Satans oorspronkelijke ‘thuis’. Hij was immers een van de engelvorsten. Juist het feit dat God satan verwijderde uit de hemel wijst op diens verbanning daaruit. Natuurlijk kan gesteld worden dat de hemel niet fysiek is en dus geen schade kan oplopen in een gevecht. Dat zou dan de reden zijn dat de hemel niet genoemd wordt. Alleen schade in de fysieke Schepping zou genoemd zijn in vers 2.
2. Aarde in Gods macht
Het feit dat God satan naar de aarde heeft verbannen wijst erop dat Hij de hoogste macht heeft, maar wijst ook op een voorlopige afronding van de oorlog van satan en God. De Gap-theorie lijkt te veronderstellen dat die oorlog na de verbanning van satan toch nog verder is gegaan wat zou blijken uit de vormloze staat van de aarde beschreven in vers 2. Maar wat heeft dat voor zin en kan dat wel? Als satan en zijn demonen door God op de aarde werden neergestort zou Hij dan toestaan dat zij uit frustratie de aarde zouden verwoesten of beschadigen?
3. Tehom – de diepte
In vers 2 staat dat de ‘tehom’ verborgen of verduisterd (Hebreeuws chosjech) was. In veel vertalingen wordt het Hebreeuwse woord ‘tehom’ vertaald als watervloed, maar de vraag is of hier ook watervloed bedoeld is. In een Griekse vertaling van het Oude Testament, de Septuaginta, is ‘tehom’ vertaald met het Griekse woord ‘abussoe’ (diepte), dat meestal begrepen wordt als dodenrijk. Dan zou vers 2 bekend maken dat een derde Scheppingsonderdeel was geschapen naast hemel en aarde. Het woord ‘chosjech’ lijkt te veronderstellen dat die leeg was of nog irrelevant. Het dodenrijk is bedoeld als strafplaats voor satan (Opb 20:1-3). Als er dus al een oorlog was uitgebroken tussen satan en God, dan heeft satan die ultieme straf nog niet ontvangen. Maar God had toen wel meteen de voorwaarden ertoe geschapen. Het scheppen van het dodenrijk bevestigt dat er toen inderdaad al rebellie van satan tegen God was geweest sinds de Schepping (vs 1).
4. Gods Geest
Als satan en zijn demonen op de aarde waren, wat doet Gods Geest er dan? Er zou gesteld kunnen worden dat Gods Geest de aarde tegen hen bewaakte. Maar dat bevestigt het hiervoor genoemde punt dat God niet toestond dat er schade aan de aarde werd toegebracht.
Gap-theorie gewogen
De Gap-theorie benadrukt dat Genesis 1:2 afwijkt van het openingsvers (Gn 1:1), maar de theorie wil iets achter de tekst lezen in de vorm van gebeurtenissen en tijd. Maar de vraag is of die ertoe doen. Dat er oorlog was tussen satan en God en dat God hem naar de aarde heeft verbannen staat verschillende malen genoemd in de Bijbel (Lc 10:18; Opb 12:7). Dat zij de Schepping en diens schepselen corrumperen ook (1 Jh 3:8). Belangrijk is de vraag of vers 2 daar iets mee te maken heeft. Sterker, of dat aan de lezers van Genesis wordt gemeld.
Dat Genesis 1:2 aanleiding zou geven om te veronderstellen dat al een lange tijd was verstreken doet er evenmin weinig toe. Het lijkt er namelijk op dat het hele Scheppingsverslag van Genesis 1:1-2:3 geen tijdsmeting kent. Het gaat erover hoe God de aarde – de plaats waar de aardse schepselen zouden leven – vorm wilde geven. Welke vormen en onderdelen die zou moeten hebben. Hoe die onderdelen zich onderling zouden verhouden. Het beschrijft de speciale aandacht die God gaf aan het vormen van de leefomgeving van de schepselen en dient ook als les voor de mens om dat na te volgen. Vanuit dat gezichtpunt kan gesteld worden dat vers 2 waarschijnlijk het beginpunt van dat vormen van de aarde weergeeft: de oorspronkelijke staat van de aarde nadat God het geschapen had. Vervolgens schiep God licht voor die beginstaat en noemde dat vervolgens ‘een eerste moment’ (Hebreeuws: jom ‘échad). Vanaf Genesis 2:4 begint echter pas het levensverhaal (Hebreeuws: toldot) van de Schepping. Alleen voor fysiek leven is tijdsmeting relevant. Niet voor het scheppen. Zo beschouwd beschrijft Genesis 1:1-2:3 geen scheppingsdagen, maar scheppingsstadia.
Praatmee