Nieuw onderzoek toont aan waarom predikanten soms voortijdig hun ambt neerleggen

Een nieuwe studie van Lifeway Research laat zien welke factoren bepalen of predikanten in hun bediening blijven of juist voortijdig stoppen. Slechts 1,1 procent van de protestantse predikanten legt elk jaar hun ambt neer vanwege het bereiken van een pensioengerechtigde leeftijd. Toch zijn er duidelijke verschillen tussen predikanten die doorgaan en zij die afhaken.
Het onderzoek werd tijdens het voorjaar en de zomer van 2025 uitgevoerd onder 487 huidige predikanten en 397 oud-predikanten uit Amerika. Volgens onderzoeksdirecteur Scott McConnell is er sprake van een uniek onderzoek: “Experts kunnen theorieën bedenken, maar alleen een vergelijking tussen predikanten die hun ambt voortzetten en predikanten die gestopt zijn, laat zien welke redenen er echt toedoen.”
Het belang van gezin
De rol van het gezin blijkt groot. Predikanten die hun gezin voorrang geven bij agenda-conflicten, zijn 1,7 keer vaker nog actief in de bediening. Maar spanning binnen het gezin werkt juist averechts: 41 procent van de oud-predikanten zegt dat hun gezin wrok koesterde of in ieder geval grote moeite had tegenover en met de hoge eisen van de gemeente, tegenover slechts 16 procent van de huidige predikanten.
Eerlijke verwachtingen
Ook duidelijkheid bij de start is belangrijk. 68 procent van de huidige predikanten kreeg een eerlijk beeld van de gemeente bij hun aanstelling, tegenover 49 procent van de oud-predikanten. Schriftelijke afspraken over verwachtingen maken een groot verschil: predikanten die vooraf duidelijkheid kregen over de situatie van de gemeente, bleven 2,7 keer vaker.
McConnell: “Elke predikant realiseert zich dat het pastoraat veel tol eist, maar het wordt onmogelijk wanneer een gemeente onrealistische of onuitgesproken verwachtingen heeft.”
Conflicten en vrede in de gemeente
Conflicten vormen één van de sterkste negatieve factoren. Vooral politiek geladen spanningen leidden vaak tot een voortijdig vertrek van de dominee. Gemeenten met duidelijke tuchtprocessen hielden hun predikanten 2,5 keer vaker vast.
McConnell benadrukt het belang van het zoeken naar eenheid binnen een kerkelijke gemeente. "Verschillen van mening horen erbij en mogen er ook zijn, maar een gemeente moet resoluut kiezen voor eenheid. Anders lijdt niet alleen de gemeente, maar ook de predikant.”
Verbinding en nederigheid
Gevoelens van eenzaamheid speelden eveneens een grote rol waarom predikanten afhaken. Liefst zeventig procent van de oud-predikanten gaf te kennen zich geïsoleerd te voelen. Predikanten die openlijk hun worstelingen deelden in leiderschapsgroepen of bijbelstudies, bleven twee tot bijna vier keer vaker in hun bediening.
Ook nederigheid blijkt belangrijk. Predikanten die dachten dat alle vooruitgang alleen van henzelf afhing, stopten vaker. Degenen die leiding deelden en samenwerkten, bleven meestal.
Andere factoren
Sabbaticals verhoogden de kans om te blijven bijna met het dubbele. Oudere predikanten (55–64 jaar) stopten vaker. Predikanten van grote gemeenten (250+ bezoekers) hadden zelfs 7,3 keer meer kans om te vertrekken.
McConnell vat de bevindingen samen in twee kernwoorden: nederigheid en gemeentevrede. “Predikanten die blijven, weten doorgaans de aandacht voor hun gezin én ambt goed te verdelen. Daarnaast zijn ze open over hun worstelingen, volgen training in pastoraat en dienen in gemeenten waar een duidelijk én realistisch verwachtingspatroon gehanteerd wordt."
Praatmee