Coach ziet mensen worstelen met kerkpijn: pijnpunt voor reformatorische gezindte?
“Onbedoeld werd mijn moeder veroordeeld door haar eigen kerkmensen. Te vaak hebben mensen met kerkpijn te maken. Het zijn geen incidenten”, merkt Mariët Baaij op. Namens Bestaansrechtbaken begeleidt zij mensen die te maken hebben met kerkpijn. Veel cliënten hebben een reformatorische achtergrond. Binnen de reformatorische gezindte is ondernemer Laurens van der Tang, onder meer bekend als één van de initiatiefnemers van Bijbels Beraad M/V, volop actief. Cvandaag ging met het tweetal in gesprek over kerkpijn, de refogezindte en onvoorwaardelijke liefde.
In haar trainingen en coachingsgesprekken maakt Mariët onderscheid tussen geloofspijn en kerkpijn. “Ik ga altijd op zoek naar de oorzaak van de pijn. Geloofspijn speelt bijvoorbeeld een grote rol bij de vraag of iemand zich wel of niet een kind van God mag noemen. Maar veel mensen die lijden aan kerkpijn kampen niet zozeer met geloofsvragen of -twijfels, maar met afwijzing van christenen die de kerk als instituut of de kerkleer vertegenwoordigen. Mag ik zijn wie ik ben, ook in de kerk waar ik thuishoor? Dat zijn grote vragen die heel veel mensen aangaan”, merkt de jurist op.
Laurens, je bent ouderling binnen de Gereformeerde Gemeente in Nederland (GGiN) te Rhenen. Komt in pastorale gesprekken deze vorm van kerkpijn ook aan bod?
“Ja, hoewel ik dat misschien anders zie en ervaar dan Mariët. Soms zijn er akelige conflicten die er uiteindelijk toe leiden dat mensen de kerk verlaten. Anderen blijven in de kerk achter. Bij misbruiksituaties kan zoiets ook gebeuren. Als een kerkelijke gemeente hier niet goed mee omgaat, kan het slachtoffer het besluit nemen om de kerk te verlaten. Zonder dat het iets wezenlijks opgelost is. Ik maak die gelukkig niet iedere dag mee, maar dat gebeurt wel.”
Praatmee