Tineke Boele-Noort ziet predikanten worstelen met kerkelijke tucht: “Bang dat mensen vertrekken"

Predikanten en kerkenraden in de gereformeerde gezindte ervaren ‘handelsverlegenheid’ om kerkelijke tucht toe te passen. Dat is de conclusie van Tineke Boele-Noort die de voorbije zes jaar onderzoek verrichte naar kerkelijke tucht in de gereformeerde gezindte en deze week op basis van haar proefzicht 'Zicht op tucht' promoveerde. Boele vertelt in gesprek met Cvandaag dat predikanten en ouderlingen moeite hebben om kerkelijke tucht toe te passen, dit uit angst dat gemeenteleden zich bij andere kerken aansluiten. Boele: "Kerkelijke tucht is een instrument om onrecht te bestrijden, maar moet wel zorgvuldig ingezet worden."
Deze week promoveerde u op basis van uw proefschrift ‘Zicht op tucht’. Wat zijn de belangrijkste bevindingen?
“Ik heb onderzoek verricht naar kerkelijke tucht en dan met name naar de ervaringen van predikanten in het toepassen van die tucht”, vertelt Boele-Noort. “Daarbij onderzocht ik de theologische visies die daaronder liggen en als een soort verklaring dienen voor hoe een praktijk gestalte kreeg. Ik heb geprobeerd om de kerkelijke tucht vanuit het ambtelijk perspectief in beeld te brengen. Dat heb ik gedaan door in eerste instantie met predikanten binnen de Christelijke Gereformeerde Kerken (CGK), maar daarna ook met ambtsdragers uit de hele breedte van de gereformeerde gezindte te spreken. In die zin denk ik dat het proefschrift zeggingskracht heeft voor de hele gereformeerde traditie. Een van de belangrijkste inzichten die ik opdeed is dat het toepassen van kerkelijke tucht zoveel meer is dan het volgen van een aantal kerkordelijke stappen."
Wil je verder lezen?
Als lid krijg je onbeperkt toegang tot cvandaag.nl
Praatmee