Dit artikel is nu opgeslagen in je
dashboard.
Bewaar artikelen in je dashboard.
Ik schrijf dit artikel in de overtuiging dat de Bijbel geïnspireerd en gezaghebbend is, dat geloof ik van harte. Geen misverstand daarover! Maar toch ligt hierbij een misverstand op de loer, namelijk dat je alles wat er in de Bijbel staat direct als Woord van God opvat. Er spreken namelijk ook anderen. En alles wat er staat, moet je in z’n verband (of: context) lezen.
Aan het begin van de Bijbel komt Gods tegenstander al snel aan het woord en hij stelt de kritische vraag: ‘Is het echt zo dat God gezegd heeft…?’ (Genesis 3:1) Dat zijn dus geen woorden van God en ze hebben een vernietigend effect doordat de eerste mensen ernaar luisterden. In het volgende verhaal staat ook een knetterende leugen, want Kaïn vraagt brutaal aan God: ‘… ben ik de hoeder van mijn broer?’ Hij suggereert dat het antwoord ‘nee’ is, maar het is natuurlijk ‘ja, dat ben je’. Kaïn spreekt dus niet het Woord van God, maar wij kunnen zijn vraag gelukkig goed beantwoorden wanneer we God kennen. Wij zijn namelijk inderdaad hoeders van onze broers en zussen.