Hoe denken Messiasbelijdende Joden over de doop?

Christenen in Nederland denken verschillend over de waterdoop. De traditionele kerken hangen de kinderdoop aan, maar baptisten en evangelische kerken en groeperingen zijn voorstander van de doop op belijdenis. Dat kan problemen veroorzaken binnen families, wanneer kinderen die als baby zijn gedoopt zich in een evangelische of baptistengemeente opnieuw laten dopen. Hoe denken Messiasbelijdende Joden over de doop? Welke doopvisie hangen zij aan?
Wanneer je boeken raadpleegt over Messiaanse theologie valt allereerst op dat zij nauwelijks aandacht besteden aan de waterdoop. In het standaardwerk over Messiaanse theologie, geschreven door de Messiasbelijdende theoloog Richard Harvey wordt het woord doop niet eens genoemd! Hij schrijft hoofdstukken lang over de Thora, de sabbat en over de toekomst van Israël, maar de doop is blijkbaar niet relevant voor zijn studie. Andere schrijvers noemen wel de doop, vaak in relatie met het mikve (het rituele bad), maar ook bij hen vormt het geen belangrijk onderdeel. Waarom?
Eerste generatie
Vanzelfsprekend hechten Messiasbelijdende Joden aan de doop en hebben zij hier ook een mening over. Er zijn verschillende redenen te noemen, waarom de doop geen onderwerp van discussie is. Veel Messiasbelijdende Joden zijn eerste generatie christenen. Zij zijn als Jood geboren, in een Joods gezin groot geworden en hebben op een bepaald moment in hun leven de Messias leren kennen. Na hun bekering zijn ze gedoopt. Voor velen betekende dit een breuk met hun familie en hun Joodse omgeving. Nog steeds is het ergste scheldwoord onder Joden ‘mesjommed’ (gedoopte). Je mag sympathie hebben voor het christelijk geloof, maar op het moment dat je je laat dopen, betekent dat in de ogen van Joden een definitieve breuk.
De huidige Messiaanse beweging is ontstaan vanuit een opwekkingsbeweging in de zeventiger jaren van de vorige eeuw. Binnen de Jesus Movement in de Verenigde Staten kwamen veel Joodse jongeren tot geloof. Van daaruit ontstonden evangelische organisaties als ‘Jews for Jesus’ en Messiaanse gemeenten. Vanuit deze evangelische achtergrond valt te begrijpen dat ze de evangelische doopvisie, doop op belijdenis, hebben. Daarom hangen vandaag de dag de meeste Messiasbelijdende gemeenten zowel in Israël als daarbuiten de doop op belijdenis aan, ook al zijn er uitzonderingen.
Messiasbelijdende Joden binnen de kerken
Maar dit is niet het gehele plaatje. Niet alle Messiasbelijdende Joden zijn immers lid van een Messiaanse gemeente. Er zijn ook binnen de traditionele kerken christenen met een Joodse achtergrond die zich zelf als Messiasbelijdend Jood beschouwen. Zij hangen veelal de doopvisie van hun kerk aan. Het zou wel eens kunnen zijn dat het aantal Messiasbelijdende Joden binnen de kerken talrijker is dan binnen de Messiaanse beweging. Een opmerkelijke en weinig bekende groep zijn de Hebreeuwse katholieken. Ze hebben hun eigen organisaties. Je vindt ze vooral in Noord- en Zuid-Amerika, maar ook in Israël. Op YouTube kun je veel filmpjes bekijken, waarin Joodse priesters, nonnen, kloosterlingen en anderen hun getuigenis geven hoe zij Jezus als Messias hebben leren kennen en daarna Rooms-katholiek zijn geworden. Een voorbeeld (ik ken hem persoonlijk) is de Jezuïet David Neuhaus, geboren in Johannesburg uit Duits-Joodse ouders die op 26-jarige leeftijd tot geloof kwam. Hij is nu Israëlische staatsburger en was belast met de pastorale zorg van de Ivriet sprekende katholieken in Israël. Hij vertelde me dat hij ook les gaf aan Arabische studenten op de Westbank. Hij was voor deze studenten de eerste Israëlische Jood die ze persoonlijk leerden kennen en kon zo begrip kweken voor het Joodse volk. In het begin vond ik dat wel vreemd. Waarom zou je als
je tot geloof komt rooms-katholiek worden? Maar later realiseerde ik mij dat het rooms-katholicisme met haar rituelen en feestdagen veel meer op het orthodoxe jodendom lijkt dan het protestantisme. Mogelijk is dit een reden, dat voor bekeerlingen de Rooms-Katholieke Kerk aantrekkelijk is.
Evenmin bekend is dat ook binnen de Russisch-orthodoxe kerk er Messiasbelijdende Joden zijn. Een nieuwe studie laat zien dat in Rusland in de negentiende eeuw ongeveer 84.500 Joden tot het christendom zijn overgegaan. en ook vandaag de dag zijn er Russisch orthodoxe priesters die in een Joods gezin zijn geboren en opgegroeid.
Doop en mikve
Dat Messiasbelijdende gemeenten de doop op belijdenis aanhangen valt ook te verklaren vanuit het feit dat ze hun zonen laten besnijden. Wat is dan de relatie tussen doop en besnijdenis? Niet dat de doop in plaats is gekomen van de besnijdenis, want de besnijdenis vindt nog steeds plaats.
Nu kent het orthodoxe Jodendom zelf ook onderdompelingen in water. Een vrouw na de geboorte van een kind of na de maandelijkse menstruatie dompelt zich zelf onder in het mikve (het rituele bad) om zo weer rein te worden. Het gaat hier om een rituele reiniging want van haar wordt verwacht dat ze voordat ze het mikve bezoekt, zichzelf
eerst goed schoon maakt. Ook mannen maken gebruik van een mikve, bijvoorbeeld als toewijding aan God. Een mikve mag alleen stromend water bevatten uit een bron of rivier en geen stilstaand water.
Bekeerlingen tot het Jodendom uit de volkeren, dienen voordat ze officieel Joods worden en zo tot het volk van Israël gaan behoren, zich eerst in het mikve onder te dompelen. Er zijn Messiaanse theologen die daarom stellen dat de opvatting dat gelovigen uit de volkeren door de doop deel gaan uit maken van het lichaam van Christus, de gemeente, niet voor Messiasbelijdende Joden opgaat. Zij maken immers al deel uit van Israël. Voor hen is de doop door onderdompeling een symbool van de toewijding van de gelovige aan Christus. Door zich te laten dopen laten zij zien dat zij Jezus als Messias hebben geaccepteerd en Zijn koninkrijk verwachten.
Prof. dr. A. Siebesma studeerde Semitische talen en letterkunde aan de Rijksuniversiteit Leiden. Hij is hoogleraar godsdienstwetenschappen aan de Evangelische Theologische Faculteit (ETF) te Leuven. Bovenstaand artikel verscheen eerder in het magazine van Stichting Messiasbelijdende Joden.
Praatmee