Dit artikel is nu opgeslagen in je
dashboard.
Bewaar artikelen in je dashboard.
God
03 januari 2019
door
Arie-Jan Mulder
De bediening van het avondmaal komt in de Bijbel niet voor
Al vroeg in zijn bestaan krijgt de jonge kerk met een praktisch probleem te maken: er zijn te weinig helpende handen beschikbaar. In Handelingen 6:1-4 lezen we dat de apostelen in deze eerste periode nog voor alles tegelijk verantwoordelijk zijn. Besloten wordt om taken te verdelen. De apostelen zullen de dienst van woord en gebed voortzetten. Voor de bediening van de gezamenlijke maaltijden kiest de gemeente andere mensen uit. Er wordt niet bij gezegd of ze ook een speciale taak hebben bij het dagelijkse avondmaal hebben, dat toch een onderdeel was van de maaltijd.
Het is wel opvallend dat de bediening van het avondmaal hier niet genoemd wordt. En verderop in het Nieuwe Testament worden tientallen taken binnen de gemeente benoemd en besproken. Maar niet één keer gaat dat over de bediening van het avondmaal. Conclusie: de bediening van het avondmaal komt in de Bijbel niet voor. Is dat niet vreemd?
In het Nieuwe Testament worden tientallen taken binnen de gemeente benoemd en besproken. Maar niet één keer gaat dat over de bediening van het avondmaal.
Nee, dat is helemaal niet vreemd. Integendeel. Het is juist heel logisch, want het avondmaal wordt niet bediend. Dat wil zeggen: brood en wijn worden niet uitgedeeld door iemand met een speciale taak of bevoegdheid. Want aan de tafel van de Heer zitten alle leerlingen van de Heer als gelijken. En zo delen ze met elkaar het brood en de wijn, als gemeenschap der heiligen, zoals dat met een mooie ouderwetse uitdrukking genoemd wordt. Dat is de simpele reden dat er helemaal nergens in de Bijbel over de bediening van het avondmaal gesproken wordt.
Maar hoe komt het dan dat wij dat in veel van onze kerken wel zo doen? Dat is een kwestie van geschiedenis.
In de vierde eeuw na Christus werd het christendom door de Romeinse keizers tot de officiële godsdienst van het rijk gemaakt. Los van de persoonlijke overtuiging die de keizers hadden, had dat toch vooral een politieke achtergrond: op die manier kon de keizer de eenheid in zijn rijk bevorderen, en de macht houden over zijn onderdanen. Om die reden werd de kerk omgevormd tot een hiërarchische organisatie, zoals een leger of een bedrijf. Op deze manier kon de kerk op vrij eenvoudige wijze centraal bestuurd worden.
Verder werd er onderscheid gemaakt tussen geestelijken en leken. Dat was iets dat in andere religies normaal was, maar in de christelijke kerk niet. De kerk kende tot die tijd geen verschil tussen geestelijken en leken. Verschillende activiteiten die in de kerk werden gedaan (waaronder het avondmaal) werden nu bestempeld als 'sacramenten’, een term uit de heidense geschiedenis van Rome. Deze speciale handelingen mochten alleen nog maar uitgevoerd worden door de geestelijken, de priesters. Deze zogenaamde sacramenten werden de ‘genademiddelen’ genoemd. Dat betekende dat de genade van God alleen nog via de priesterklasse aan het volk werd overgebracht. De leken werden voor hun relatie met God dus afhankelijk van de geestelijken (en indirect van de overheid).
Zo’n onderscheid tussen geestelijken en leken in de kerk van Christus past niet bij het evangelie. Een priester is immers een middelaar tussen God en mens, maar wij hebben maar één middelaar, Jezus.
Zo’n onderscheid tussen geestelijken en leken in de kerk van Christus past niet bij het evangelie. Een priester is immers een middelaar tussen God en mens, maar wij hebben maar één middelaar, Jezus. Door hem hebben we allemaal rechtstreeks toegang tot God. Er zijn sinds het offer van Golgotha geen priesters meer nodig tussen God en Zijn volk. En vanaf de start van de kerk in het boek Handelingen totdat het christendom de staatsgodsdienst werd, was er in de kerk inderdaad geen onderscheid tussen leken en geestelijken.
De kerkhervorming, die in de zestiende eeuw leidde tot het ontstaan van de protestantse kerken, heeft formeel een einde gemaakt aan de priesterrol binnen die kerken. Maar vreemd genoeg hield men wel vast aan een aantal sacramenten, zoals het avondmaal, die in de protestantse kerken nog steeds alleen door een speciale klasse van gelovigen (de dominee) worden bediend. Feitelijk is de priesterrol daarin dus nog steeds gehandhaafd.
De evangelische- en de pinksterbeweging hebben deze gewoonte in het algemeen stilzwijgend overgenomen. Ook daar is de bediening van het avondmaal meestal beperkt tot voorgangers en oudsten.
Dit historische uitstapje laat zien dat er in de kerk een praktijk is ontstaan die wringt met het beeld van de viering van het avondmaal dat we in Handelingen en in de nieuwtestamentische brieven krijgen. Er is in het Nieuwe Testament eenvoudigweg geen onderscheid tussen geestelijken en leken, en er is zeker niemand die tussen God en ons in staat. Het avondmaal wordt dus niet door een ambtsdrager bediend aan de andere gelovigen. Gelovigen delen brood en wijn met elkaar delen als gelijken in Jezus Christus, als gemeenschap van heiligen. Dat is het prachtige gelijkwaardige beeld dat de Bijbel ervan geeft.
Arie-Jan Mulder is spreker en schrijver. Zijn boek over het avondmaal is verkrijgbaar als papieren boek en als ebook. Klik hier om zijn website te bezoeken.
Deel dit artikel op: