Klaas werkte in een tapijtfabriek, maar staat nu voor de klas: "Ik was niet op zoek naar ander werk"

22 jaar werkte Klaas Hartman als monteur in een tapijtfabriek, maar sinds twee jaar staat hij als Instructeur TechLab voor de klas. Hartman, die lesgeeft op de reformatorische Pieter Zandt scholengemeenschap in Kampen, was in eerste instantie niet eens op zoek naar een andere baan. Zijn overstap kreeg vorm, nadat hij op advies van zijn vrouw een kijkje nam in het technieklokaal. In gesprek met Cvandaag vertelt Hartman dat God zijn weg naar het onderwijs leidde.
"Mijn vrouw geeft al zeventien jaar Engels op deze school, waardoor ik het reilen en zeilen in het onderwijs zijdelings meekreeg", vertelt Hartman. "Ondertussen werkte ik al 22 jaar als monteur in een tapijtfabriek. Toen we met onze dochter - die hier inmiddels ook op school zit ā naar een introductieavond gingen, zei mijn vrouw tegen mij: 'Je moet eens in het TechLab kijken, Klaas. Dat vind je wel leuk!' Ik wandelde het lokaal binnen, waarna de toenmalige instructeur tegen mij zei: 'Is dit niet iets voor jou?' Dat weet ik nog niet, reageerde ik. Kort daarna maakte mijn vrouw mij erop attent dat er met een half jaar een vacature zou vrijkomen. Toen het zover was, heb ik direct gesolliciteerd en werd ik drie weken later aangenomen."
Hartman vertelt dat een carriĆØreswitch naar het onderwijs ā die plaatsvond in september 2022- totaal niet in de lijn der verwachting lag. "Ik was absoluut niet op zoek naar ander werk. Dat vind ik ook nog steeds het bizarre van dit verhaal. Ik zie er ook Gods hand in. Het had zo moeten zijn."
Nadat de voormalig monteur zijn sollicitatiebrief de deur uitdeed, ging ook zijn eenjarige instructeursopleiding van start. "Deze volgde ik op Hogeschool Windesheim in Zwolle. Het was wel even schakelen hoor", zegt hij lachend. "Ik volgde wel eens een cursus, maar nu zit je plots een jaar lang iedere week weer een dag in de schoolbanken. Dat was even wennen. Ik merkte al snel dat het hbo heel anders ingericht is en dat er een hoop is dat je zelf moet uitzoeken. Dat was wel spannend, zeker in de eerste periode. Maar als je dan eenmaal het spelletje snapt, is het goed te doen."
Naast een dagje per week in de schoolbank, begon Hartman vrijwel gelijk met lesgeven. "De eerste weken had ik nog weinig leerlingen, waardoor ik de tijd had om de machines in het lab een beetje uit te vogelen en te kijken wat er ik allemaal mee kan doen. Ook kijk je welke lessen er klaarstaan. Op een gegeven moment legde ik contact met de buurman in de gang en zei ik: ik ben zover, stuur maar een klas als het zover is."
Hartman weet nog precies hoe zijn eerste les verliep. "Ik weet nog dat ik dacht: oei is dit echt wel iets voor mij? Ik ben zondagschoolmeester geweest en dan verwacht je een soortgelijk publiek voor je te krijgen. Maar dat werkt in het voortgezet onderwijs toch weer anders. Daar ben ik wel achter gekomenā, lacht hij. āWat ik in het begin een uitdaging vond was om een veilig klimaat te bieden. Zoiets leerde ik pas aan het einde van het schooljaar, maar ondertussen moet je er wel mee worstelen. Die ervaring maakte echter wel dat je groeit in wat je doet.ā
De instructeur merkt dat hij nu al dingen anders doet dan in de eerste periode dat hij lesgaf. "Het zit hem al in hoe je een klas ontvangt, maar ook het herkennen van signalen die je vooral in het begin niet ziet. Bijvoorbeeld dat je leerlingen een ander plekje geeft als ze onrustig zijn. Zulke dingen leer je gaandeweg en daar blijf je ook in leren. Ik heb niet de indruk dat dat ooit ophoudt.ā
Als instructeur TechLab begeleidt Hartman studenten onder meer in het ontwerpen en uitvoeren van technische projecten, zoals bijvoorbeeld het maken van een pennenbakje met behulp van een laserstraler. āZoān les begint altijd met het instructiegedeelte: hoe teken ik zoān pennenbakje en waar moet ik op letten? Op die manier probeer ik leerlingen ook te stimuleren om zelf verantwoordelijkheid te nemen. Na de instructie, tekenen de leerlingen zelf het ontwerp. Als de tekening klaar is, laden we hem in de laserstraler en snijden we het pennenbakje uit, waarna ze het zelf in elkaar mogen zetten. 4 HAVO is inmiddels zelfs begonnen met het maken van een eigen lamp.ā
Het TechLab waar Hartman lesgeeft aan zijn leerlingen
Er zijn een aantal redenen waarom Hartman zo van zijn werk als instructeur geniet. āIk ben sowieso een techniekfanaat, dus het is mijn passie om te laten zien wat er allemaal in die industrie gebeurt en mogelijk is. En dat is veel meer dan soms gedacht wordt. Tegelijkertijd geniet ik ook van de omgang met leerlingen. Enerzijds is het dus de liefde voor het vak en anderzijds de liefde voor de leerling. Vanuit de passie die ik voor de leerlingen heb, probeer ik hen ook te begeleiden in het maken van een beroepskeuze op een verantwoorde, christelijke manier.ā
Het geloof in God is voor Hartman allesbepalend, ook in hoe hij zijn studenten vormt richting de toekomst. āMaar dat zit hem ook in een stukje omgang: hoe gaan we met elkaar hier op school? Corrigeren we elkaar als dat nodig is? Ik vind het bijzonder dat ik in mijn rol als instructeur de leerlingen op Jezus mag wijzen. Er is niets mooiers en waardevoller dan dat.ā
Hartman merkt op het een voorrecht te vinden dat er op de school waar hij werkt, zoveel ruimte is om iets van het geloof te delen. āHet komt wel eens voor dat ik er helemaal niet meer aan toekom om les te geven, omdat een leerling tijdens de dagopening zoiets bijzonders opmerkte dat dat ik simpelweg niet kan laten liggen. Dan is er niemand die zegt: āKlaas, je had het afgelopen uur natuurkunde moeten geven.ā Die vrijheid is er hier. Dat maakt het werken op het Pieter Zandt tot iets heel moois.ā
De instructeur deelt vervolgens een voorbeeld van een dagopening waaruit een bijzonder gesprek met zijn leerlingen ontstond. āBij een dagopening die ik pas gaf, ging het om de vraag hoe je op een verantwoorde manier met geld kan omgaan. Je vertelt dan bijvoorbeeld dat je van plan bent om een nieuwe, dure auto te gaan kopen. Maar is dat wel verantwoord? Zou ik niet moeten overwegen om een goedkopere auto te kopen, zodat het geld dat overblijft aan anderen gegeven kan worden? De leerlingen kwamen met prachtige antwoorden uit de Bijbel, zoals ZacheĆ¼s die iedereen aan wie hij geld schuldig was, het vijfvoudige betaalde.ā
Even later in het gesprek brengt Hartman ook de moeilijkere kanten van het onderwijs aan bod. āLaat ik vooropstellen dat elk beroep mooie en moeilijke kanten heeft. Dat is in het onderwijs niet anders. Als het daarover gaat, denk ik vooral aan mijn eigen zwakheid die ik soms ervaarā, vertelt hij open. āIk zit soms ās avonds op de bank en dan schiet mij een bepaalde opmerking van een leerling te binnen, waarvan ik denk: daar had ik op moeten reageren. Natuurlijk is dat adequate handelen ook iets wat je na verloop van tijd steeds meer leert, maar dat is op dit moment wel een van de dingen die ik moeilijk vind.ā
Als Hartman gevraagd wordt wat voor type docent hij voor zijn leerlingen hoopt te zijn, zegt hij vooral een toegankelijke begeleider te willen zijn. āIk wil die leerling met een oprechte hulpvraag of twijfels over een beroepskeuze, heel graag verder helpen. Dat heeft vooral mijn hart. Als je dan leerlingen in de gang tegenkomt die nu in de bovenbouw zitten en vervolgens trots hun werkstukje laten zien, is dat het waar ik het voor doe."
Praatmee