Elisabeth van Zijl leed aan anorexia en boulimia: "Het was een houvast"
"Mijn moeder stak mij op mijn vijftiende aan met lijnen, dat wilde ik ook wel eens proberen." Elisabeth van Zijl leed aan anorexia en boulimia en vertelde daar afgelopen zondag bij Hour of Power over. Ze probeert nu anderen bij te staan in hun strijd tegen deze ernstige eetstoornissen.
"Ergens hoopte ik dat mijn moeder op dat moment zou zeggen: 'Ach meid, dat heb jij helemaal niet nodig, daar moet je niet aan beginnen. Je bent helemaal oké zoals je bent.' Maar die bevestiging kwam niet en dat voelde als een teleurstelling. Ik dacht dat ik iets moest gaan bewijzen. Zo ontstond sluipenderwijs die anorexia", vertelt Elisabeth aan het begin van haar verhaal.
Elisabeth sportte en bewoog graag. "Ik was niet heel erg met de weegschaal bezig, maar het moest iedere keer wel een beetje minder. Zo'n eetstoornis neemt langzamerhand bezit van je. Het werd een soort houvast. Ik vergelijk het meestal met een rollator. Als ik niks begreep van het leven, kon ik terugvallen op wat ik wist over wat ik wel en niet moest eten. Het gaf een stukje zekerheid en duidelijkheid, dat vond ik heel fijn."
Bang
Presentator Jan van den Bosch vraagt zich af wat er dan precies achter de eetstoornis schuilging, want Elisabeth heeft een mooi uiterlijk waar niks aan lijkt te mankeren. "Niemand heeft tegen mij als kind gezegd dat ik er mooi uitzag. Mijn moeder gaf geen complimenten aan haar kinderen omdat ze bang was dat we naast onze schoenen gingen lopen. Ik dobberde op de golven van het leven en voelde niet die echte veiligheid."
Wanneer Elisabeth op haar 18e op kamers gaat, verergert de situatie. "Het leven in al zijn ellendigheid kwam op mij af en ik voelde mij al ellendig. Ik stopte met mijn opleiding en kwam thuis weer in een soort ritme terecht. Dat vond ik wel fijn, omdat ik ook weer mijn vastigheid qua eetpatronen beter kon hanteren."
Elisabeths eetstoornis gaat van anorexia over in boulimia. "Je eet dan weer een keer wat en vindt dat eigenlijk ook wel heel fijn. Het eten wordt dan net als het niet eten ook weer een vorm van afleiding. Ik gebruikte laxeermiddelen om te zorgen dat ik het voedsel niet vasthield. Maar ik voelde mij wel diepongelukkig."
Ondertussen trouwt Elisabeth en krijgt ze twee kinderen. Haar eetstoornis schommelt wat heen en weer, maar blijft redelijk stabiel in die tijd. "Toen kwam mijn derde, ik was er klaar mee om het perfecte plaatje te blijven voorschotelen. Ik begon daarom veel te eten. Ik was niet opgegroeid met het idee dat je een levende relatie met God kon hebben, ik kon ook niet open zijn over mijn gevoelens en gedachten. Daarom voelde ik mij ook geen geliefd kind van God, al wist ik dat met mijn hoofd wel."
Sluis
In die tijd gaat Elisabeth met iemand anders mee naar een genezingsdienst. "Zij vond het spannend en daarom ging ik met haar mee. Ze ging het podium op en ik moest toen natuurlijk ook mee. Mij werd toen ook gevraagd waar ik genezing voor wilde, ik kon niets bedenken dus zei ik: 'Ik denk dat het niet goed zit tussen mij en God'. Ik begon meteen al te huilen. Maar de voorganger zei: 'Het zit hartstikke goed tussen God en jou.' Toen keek hij mij aan en het was alsof Jezus mij aankeek en zei: 'Er is jou veel verdriet aangedaan.' Ik begon intens te huilen want ik voelde dat er woorden werden gegeven aan dat diepe zwarte gat in mij. Eindelijk ging er een sluis in mij open en kon het stromen."
Toch bleef Elisabeth nog lange tijd aan haar eetstoornis vastzitten. Ze legt uit dat mensen er gemiddeld 7 jaar mee kampen en dat ze probeert de kern van het probleem aan te pakken. "Ik zat er wel twintig jaar aan vast denk ik. Het eerste wat ik zeg als mensen bij mij komen voor hulp is: 'Wat rot voor je dat je iets nodig hebt om het leven aan te kunnen.' Dan zie je hen vaak al een zucht van verlichting slaken, omdat er erkenning is. De vraag die ik mensen vaak pas aan het einde stel is: 'Waar zou je zijn zonder eten of niet eten?' Dan zeggen ze: 'Dan was ik er niet meer of stond ik ergens bovenop een flat.' Daarom ga ik niet als eerste met dat eten aan de slag. Ik probeer net als Jezus dat doet naast die mensen te gaan staan en te zeggen: Wat is het toch ontzettend ingewikkeld voor je, dat je het leven niet aankan zonder je aan zoiets vast te moeten houden. Er zit veel angst en verdriet en daar begin ik mee."
Praatmee