Ouderling J. P. van den Brink over kringgebed: Onze heilige verrichtingen kunnen door onze hoogmoed gemakkelijk besmet worden
Bidden is een tere zaak. Daar moet je dus eerbiedig en voorzichtig mee omgaan. De voorkeursmethode die de Heere ons leert is dat wij eerst en vooral persoonlijk in het verborgen, alleen tussen God en onszelf bidden. Ga naar de binnenkamer, zegt de Heere Jezus. Bij dit persoonlijke gebed gaat het gewoon tussen de Heere en je ziel. Bij openbare, publieke gebeden kunnen er andere factoren bijkomen; naast jezelf je communicatie met God komen dan de mensen die er omheen staan bij en dan kunnen doelen nagestreefd worden die niet in het gebed thuishoren. De Heere gaf het gebed van de farizeeër in de tempel hiervoor als voorbeeld: hij wilde door de mensen gezien worden dat hij toch wel heel vroom bezig was.
Toch kent ook de Bijbel publieke en gezamenlijke gebeden. Met name wordt er veel waarde gehecht aan het bidden in de gemeente. Er wordt met achting gesproken over een gemeente die volhardt in het gebed. Er staan in de Bijbel geen voorschriften of richtlijnen over hoe dit gezamenlijke gebed moet worden vormgegeven. Een beschrijving van een 'kringgebed', zoals wij dat nu kennen vinden we in de Bijbel niet terug. Die gezamenlijke gebeden, waarvan verslag wordt gedaan in de Bijbel hebben de vorm gehad zoals wij die in de meeste erediensten zien, namelijk een voorganger, die namens de gemeente het gebed tot God richt. Andere vormen van gezamenlijk bidden worden niet expliciet in de Bijbel uitgewerkt (zie schriftbewijzen hieronder). Deze eenvoudige gegevens uit de Bijbel maken mij voorzichtig en terughoudend ten aanzien van allerlei 'nieuwere' vormen van het gezamenlijk gebed. Dat dit door sommigen wordt omschreven als 'angst' laat ik graag aan de betrokkenen, maar dit is niet mijn beleving.
Onze heilige verrichtingen kunnen door onze hoogmoed en zonden zo gemakkelijk besmet worden. Ik ben niet bang, maar wel voorzichtig, beducht voor dwalingen zoals de Heere ons heeft voorzegd. Dat is echt wat anders als: bang zijn. Hoewel ik diverse kringgebeden heb meegemaakt heeft niemand mij nog overtuigend kunnen uitleggen waarom een kringgebed Bijbels gezien een meerwaarde heeft ten opzichte van een gezamenlijk gebed waarin een van de aanwezigen voorgaat. Overigens wordt er niet alleen vanuit bevindelijk gereformeerde kring ambivalent gekeken tegen het verschijnsel van kringgebeden:
Ik citeer uit het slot van dit artikel: Kringgebed kan mooi en opbouwend zijn. Maar hoe komt het toch dat ik me er vaak zo slecht raad mee weet? Misschien omdat het soms eerder tot een religieus samenspel van maniertjes lijkt te zijn verworden. Dus bid ik in mijn hart: Heer, ontleer ons bidden, en help mij om zonder poespas en ingewikkelde groepsdynamieken oprecht te focussen op U. Amen.
Wat is constructief voor je geloofsleven? Dat ik geloven mag, dat ik weten mag, dat ik door genade alleen niet mijn, maar mijns getrouwen Zaligmaker Jezus Christus eigen ben. En in dit geloofsleven neemt het gebed een zeer belangrijke plaats in. Een christen kan niet zonder gebed. Het gebed wordt daarom wel 'de ademtocht van de ziel' genoemd. Uit heel de Bijbel leren we dat: door het gebed verootmoedigen we ons voor God (Genesis 18:27); door het gebed danken en aanbidden we God voor wie Hij is en wat Hij ons geeft; door het gebed loven en prijzen we God; door het gebed maken we onze begeerten bekend bij God (Filippenzen 4:6).
Wat is destructief voor je geloofsleven? Bij uitstek de zonde. De zonde brengt scheiding tussen God en mens. De zonde maakt alles kapot wat de Heere goed heeft gemaakt. De zonde maakt dat de Heilige Geest moet wijken. Zonden, maar ook zondig misbruik van heilige zaken, zoals het gebed. De Bijbel spreekt dan van kwalijk bidden (Jacobus 4:3) Dat kwalijk bidden kan overigens voorkomen in elke vorm van bidden, in het persoonlijke, maar ook in het gezamenlijke bidden. Kenmerk van kwalijk bidden is dat we het niet doen tot eer van God, maar tot onze eigen eer of zoals Jacobus zegt als we om iets bidden om onze wellusten te bevredigen. De gelijkenis van de farizeeër en de tollenaar die beiden bidden in de tempel is een illustratie van de Heere Jezus hoe een gebed in het openbaar op verschillende manieren gedaan kan worden: tot eer en glorie van de bidder, of een gebed wat de Heere aangenaam is en de zondaar rechtvaardigt. De tollenaar bad een 'constructief' gebed in termen van de stelling. Opmerkelijk is dat in dit gebed de schuldbelijdenis en verootmoediging een centrale plaats inneemt. In hoeveel van onze persoonlijke, openbare en kringgebeden ontbreken juist deze noties? Niet de vorm van onze gebeden, maar de inhoud en de vasthoudendheid van onze gebeden zijn van gewicht in de voorbeelden uit de Bijbel! Bid zonder ophouden!
Kringgebed constructief of destructief? De vorm van ons bidden is mijns inziens hiervoor niet bepalend. Het gaat om het al dan niet kwalijk bidden. En ik ben persoonlijk geen pleitbezorger voor het kringgebed als gebedsvorm om redenen die ik hierboven al heb uiteengezet. Veroordeel ik daarmee mensen die helemaal vrolijk worden van een kringgebed. Nee. Maar ik wil graag het gesprek aangaan: wat beweegt je en motiveert je nu juist zo in het kringgebed? Is dat je op die manier beter met God kunt spreken? Of omdat je daarmee beter met elkaar spreekt. Die twee dingen kunnen overigens best samengaan, maar voor het laatste alleen zijn andere gespreksvormen mogelijk, daar moesten we het gebed maar niet voor willen gebruiken.
Schriftbewijzen
Gebed van Izak en Rebekka - Genesis 25:21 - En Izak bad den HEERE zeer in de tegenwoordigheid van zijn huisvrouw; want zij was onvruchtbaar; en de HEERE liet zich van hem verbidden, zodat Rebekka, zijn huisvrouw, zwanger werd.
Gebed van Salomo (1 Koningen 8) bij de opening van de tempel.
Gebed van Ezra (in aanwezigheid van allen, die voor Gods Woord beefden) (Ezra 9 en 10).
Gebed van Jezus op de berg (in aanwezigheid van de discipelen Petrus, Johannes en Jakobus) (Lukas 9:28 - En het geschiedde, omtrent acht dagen na deze woorden, dat Hij medenam Petrus, en Johannes, en Jakobus, en klom op den berg, om te bidden.)
Het hogepriesterlijk gebed van Jezus in aanwezigheid van zijn discipelen (Johannes 17).
Bij het volhardende gebed in Handelingen 1:14 - Deze allen waren eendrachtelijk volhardende in het bidden en smeken, met de vrouwen, en Maria, de moeder van Jezus, en met Zijn broederen.
Matthew Henry merkt op:
Zij deden dit eendrachtelijk. Dit toont aan, dat er ene heilige lietde onder hen heerste, dat er geen twist of tweedracht onder hen was, en zij, die aldus de enigheid des Geestes behouden door den band des vredes, zijn het best toebereid om de vertroostingen des Heiligen Geestes te ontvangen. Het geeft ook te kennen hun waardige instemming met de smekingen, die gedaan werden; hoewel er slechts één sprak, hebben toch allen gebeden, en indien er twee samenstemmen over enige zaak, die zij zouden mogen begeren, zij hun geschieden zal, hoe veel te meer dan niet, wan neer velen samenstemmen in dezelfde bede (zie Matth. 18:19).
Het is onduidelijk waarop Henri deze veronderstelling baseert, dat er slechts één sprak; deze uitleg lijkt mij een evenwel een mogelijke uitleg, die inderdaad ook aansluit bij het pleidooi van ds Labee.
Bij de verkiezing van Matthias tot apostel wordt er gezamenlijk gebeden; er is sprake van zij baden en zeiden; niet duidelijk is of dit door één of meerderen wordt verwoord. Handelingen 1:24 - En zij baden en zeiden: Gij Heere! Gij Kenner der harten van allen, wijs van deze twee een aan, dien Gij uitverkoren hebt; het lijkt echter onwaarschijnlijk dat meerderen dit gebed daadwerkelijk hebben uitgesproken.Waarschijnlijker is dat aan van hen dit gebed uitsprak en dat anderen in stilte meebaden.
Bij Handelingen 2:42 - En zij waren volhardende in de leer der apostelen, en in de gemeenschap, en in de breking des broods, en in de gebeden. Noteren de kanttekenaren van de SV: 91) gebeden. Namelijk die openlijk in de vergaderingen van de ganse gemeente geschiedden. Als deze uitleg juist is, lijkt de vorm van het hedendaagse kringgebed hier niet van toepassing.
Over de vorm van het gezamenlijk gebed van de biddende gemeente bij de gevangenneming van Petrus wordt in de Bijbel geen details gegeven; Matthew Henry suggereert dat dit bidden mogelijk zelfs gezamenlijk in stilte gebeurde, vanwege de vreze der Joden:
Handelingen 12:12 - En als hij alles overlegd had, ging hij naar het huis van Maria, de moeder van Johannes, die toegenaamd was Markus, alwaar velen samenvergaderd en biddende waren.
Bij het gebed rond de ziekenzalving wordt deze taak met name toegewezen aan de ouderlingen; dit betekent niet dat anderen dan ouderlingen niet zouden mogen bidden, maar het feit dat ouderlingen en ambtsdragers een speciale opdracht hebben om te bidden is als zodanig niet een restant van de Roomse overwaardering van de ambten, maar heeft duidelijk Bijbelse wortels (denk ook aan Handelingen 6:4 Maar wij zullen volharden in het gebed, en in de bediening des Woords.):
Jakobus 5:14 - Is iemand krank onder u? Dat hij tot zich roepe de ouderlingen der Gemeente, en dat zij over hem bidden, hem zalvende met olie in den Naam des Heeren.
J. P. van den Brink is als ouderling actief binnen de Gereformeerde Gemeenten. Hij schreef bovenstaand artikel naar aanleiding van een recente stelling in de CIP-adviesrubriek: "Is een kringgebed constructief of destructief voor je geloofsleven?"
Praatmee