Vervolgde christelijke vrouwen worden vaak afgewezen door eigen gemeenschap en kerk

Vrouwen en meisjes in landen waar christenen een minderheid vormen, worden niet alleen vervolgd om hun geloof, maar vaak ook afgewezen wanneer ze proberen terug te keren naar hun gemeenschap. Nadat ze ontvoerd, mishandeld of gedwongen tot bekering zijn, stuiten ze geregeld op afwijzing binnen hun eigen kerk. Dat dubbele onrecht kwam naar voren tijdens een bijeenkomst van de World Evangelical Alliance (WEA) in Zuid-Korea. The Christian Post doet uitgebreid verslag.
Tijdens de veertiende algemene vergadering van de WEA in Seoul sprak een panel over de specifieke kwetsbaarheid van christelijke vrouwen in onder meer Zuid-Azië en Afrika. Moderator Emma van der Deijl, directeur van de organisatie Gender and Religious Freedom, wees op het dubbele onrecht dat deze vrouwen ervaren doordat ze vervolgd worden én afgewezen door hun eigen gemeenschap. “Het is alsof de kerk denkt dat het bloed van Christus niet sterk genoeg is om deze vrouwen te reinigen of de kerk zuiver te houden", zei ze. Volgens haar wint “de vijand” wanneer schaamte en verdeeldheid binnen de kerk wortel schieten. “Onze roeping is om hen te herstellen in liefde en acceptatie, wetend dat hun identiteit veilig is in Christus.”
Irene Kibagendi, directeur van de Pan African Christian Women Alliance, gaf indringende voorbeelden uit Nigeria, Soedan en Congo. “Ze zijn makkelijke doelwitten,” vertelde ze. Vrouwen worden onderweg naar school ontvoerd, gedwongen tot bekering en vaak verkracht. Wanneer ze na weken of maanden weten te ontsnappen, wacht hen opnieuw een afwijzing. “Hun families willen hen niet terug, hun echtgenoten niet, en zelfs de kerk niet", zei Kibagendi. Veel vrouwen keren zwanger terug of met een kind van hun ontvoerders, vaak strijders van Boko Haram of al-Shabaab.
Ook Sarah Cunningham van Open Doors US benadrukte eerder in The Christian Post dat de psychologische schade diep is. Volgens haar dragen veel vrouwen “een stigma en schaamte” en kampen ze met angst en posttraumatische stress. “Ze hebben het gevoel dat ze op elk moment opnieuw slachtoffer kunnen worden", zei ze. Dat maakt dat velen zich terugtrekken uit de samenleving.
De Bengaalse voorganger Martha Das wees tijdens dezelfde conferentie op een culturele drempel binnen veel kerken. “Kerken willen perfect zijn", zei ze, “en sluiten daardoor soms de deur voor mensen in gebroken situaties.” Volgens haar ontbreekt in veel gemeenschappen een veilige plek waar slachtoffers terecht kunnen voor zorg of een luisterend oor.
Toch ziet Van der Deijl hoopvolle voorbeelden. In sommige kerken durven leiders tegen de culturele norm in te gaan door vrouwen te begeleiden bij herstel en terugkeer. Zij verleggen de focus van de schaamte van het slachtoffer naar de schuld van de dader. Kibagendi riep kerken wereldwijd op om dat voorbeeld te volgen: “De kerk moet een toevluchtsoord worden voor iedereen die hulp nodig heeft. We moeten leren zorgen zonder te oordelen.”
De WEA-vergadering, die meer dan 850 evangelische leiders uit de hele wereld bijeenbracht, stond in het teken van het thema The Gospel for Everyone by 2033. Aan het einde van de conferentie werd de Seoul Declaration gepresenteerd: een document waarin de alliantie richting geeft aan thema’s als gender, oorlog, abortus en godsdienstvrijheid. Daarin klinkt ook door wat de sprekers over vervolgde vrouwen benadrukten: dat de kerk geroepen is tot herstel, niet tot afwijzing.






































Praatmee