Hoe ga je om met een familielid die het geloof vaarwel zegt?
Wat doe je als iemand van wie je houdt, het geloof loslaat? Wanneer een geliefd familielid - in dit geval een nichtje - afstand neemt van kerk en geloof, roept dat bij nabije familieleden en vrienden vaak diepe vragen op. In een recente vraag aan Refoweb deelt een bezorgde christen haar zorgen over een nichtje dat na negatieve kerkervaringen niet meer gelooft. Hoe blijf je getuigen in liefde, zonder te forceren? Dominee E. Gouda geeft een pastoraal antwoord.
Ds. Gouda benoemt allereerst dat negatieve ervaringen in de kerk diepe littekens kunnen achterlaten. Juist op een plek waar mensen veiligheid, liefde en gemeenschap verwachten, kan het extra hard aankomen als dat vertrouwen wordt beschaamd. Wie dan afscheid neemt van de kerk - en soms ook van het geloof - doet dat zelden lichtvaardig.
De eerste roeping, zegt de predikant, is dan niet om met argumenten te komen of met een uitnodiging in de hand te staan, maar om ruimte te geven aan het verhaal van de ander. 'Het kan al veel betekenen als iemand mag zeggen wat pijn heeft gedaan, zonder dat die pijn meteen ter discussie staat.'
Gouda verwijst naar 1 Petrus 3:15: “Wees altijd bereid tot verantwoording aan ieder die u rekenschap vraagt van de hoop die in u is, met zachtmoedigheid en eerbied.” Die houding van zachtmoedigheid is volgens hem vaak krachtiger dan welk argument dan ook.
Trouw, geduld, warmte en gebed zijn volgens hem de kernwoorden. Dat vraagt een langademige houding, waarin de relatie voorop blijft staan, ook als het geloof (nog) niet gedeeld wordt. 'Misschien helpt het om op een rustig moment eens te vragen wat haar heeft afgehouden van het geloof. Niet om te reageren, maar om oprecht te luisteren.'
Tot slot roept Gouda op tot volhardend gebed. Want uiteindelijk is geloof een werk van de Heilige Geest, niet van mensenhanden. 'Onze roeping is om te zaaien met liefde en trouw, maar de vrucht is in Zijn hand.'
Praatmee